Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

De Dietsche warande: tijdschrift voor kunst en Zedegeschiedenis — 3.Ser. 3.1890

DOI Page / Citation link:
https://doi.org/10.11588/diglit.24588#0255

DWork-Logo
Overview
Facsimile
0.5
1 cm
facsimile
Scroll
OCR fulltext
IN DE DERTIENDE EEUW.

243

Laten wij dus trachten in de volgende bladzijden
weer te geven, wat de kroniekschrijvers, de levens der
heiligen of andere bronnen ons leeren, omtrent verrich-
tingen op kunstgebied in de Benedictijner-kloosters der
provincie Luik, te weten Stablo, S' Jacobus en S1 Lauren-
tius te Luik, en in het klooster te Sl Truiden (S1 Trond),
gelegen in de provincie Limburg.

Wij wenschen met het klooster Stablo aan te vangen.

I. DE ABDIJ VAN STABLO (STABULAUS) (1).

Het oudste en tevens het voornaamste der drie
Benedictijner-kloosters der provincie Luik, is dat van
Stablo (Stabulaus), gelegen op de uiterste grenzen van
België. Het werd gesticht omtrent het jaar 648 door
Sigbertus, koning van Austrasië, en door den h. Remaclus,
later bisschop van Maastricht. Dezelfde koning heeft
eveneens een klooster gesticht te Malmedy, thans een
Duitsch stadje in het aartsbisdom Keulen, en op een
uur afstands van Stavelot gelegen.

De twee kloosters, ofschoon geheel op zich zeiven
staande, hadden toch beiden den zelfden abt. Deze
verordening dagteekende reeds naar het schijnt van den
h. Remaclus, die over beide kloosters zijn gezag als
abt uitoefende.

Sedert den h. Remaclus, volgden zich 3i abten
onmiddellijk op, waarvan er verscheidene door de Kerk
onder hare Heiligen gerekend worden, en waarvan de
28ste, Richarius, tot bisschop van Luik benoemd werd.

(1) Cf. GaUia Christ. III, col g3q 8q.
 
Annotationen