Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

De Dietsche warande: tijdschrift voor kunst en Zedegeschiedenis — 3.Ser. 3.1890

DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.24588#0304

DWork-Logo
Überblick
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
•ocn-m-u in 5sm laulim-firans

door LOUISE STRATFNUS.
III.

De havik die schreeuwt boven de IJslandsche pijnen
* Kiest nimmer de duif zich tot jachtgezellin ;

De machtige leeuw, de hsrmiet der woestijnen,
« Wijdt nooit der gazelle zijn mm;
« En gij hebt gedwaald toen ge een wezen, zoo te~r,
« Dat argloos het noodlot in 't aangezicht lachte,
« Verhiett aan uw zijde, in die glansrijke sfeer,
« Waar verzengd door den gloed uwer martelende eer,
« De vuurdood van Semele 't wachtte. »

J. H. Meijkr. « Heemskerck ».

ET was in den aanvang van [643. De schilders-
werkplaats van Antonio van Dyck had het
bezoek ontvangen van den koning, die langen
tijd sprakeloos en in gedachten verdiept was blijven
staan voor 's kunstenaars laatste doeken. Toen Karei
Stuart eindelijk het hoofd ophief en den Vlaming aan-
zag, vond hij diens oogen met eene uitdrukking van
bittere ironie op zich gevestigd.

« Wat denkt gij op het oogenblik? » vroeg de
door zorgen en leed verouderde vorst.

« Dat het mij niet moeielijk zou vallen te raden
wat mijn koninklijken gebieder door het hoofd speelt, »
klonk het met zachten spot.

« Laat dan eens hooren, meester, en vergeet niet
 
Annotationen