Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

De Dietsche warande: tijdschrift voor kunst en Zedegeschiedenis — 3.Ser. 3.1890

DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.24588#0659

DWork-Logo
Überblick
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
636

BOEKENKENNIS.

komen niet meer te pas als het 't jaar 1489 geldt. Immers deze
stad, evenals Yper, had sedert haar beleg van 1383, merkelijke
veranderingen ondergaan. Omtrent het jaar 1014 strekten hare
vestingen, langs den westkant, zich uit tot aan den huidigen ontlos-
singvaart. In 1489 bestonden deze uiterste vesten niet meer, maar
waren vervangen door eenen bevvalden en bemuurden gracht, die
nagenoeg de omtrekslijn besloeg van de binnenste versterking, zoo
als deze over een vijftigtal jaren nog bestond. Wel is waar het
oudste plan der stad, te weten van omtrent 156 ), was der. schrijver
nog niet bekend (blz. 56, aariteek. 109); maar tusschen het beleg
van 1489 en de eerste uitgave van Sandbrus' Flandria illustrata,
hadden de vestingwerken der stad weinig belangrijke veranderingen
ondergaan. Had de schrijver een klein kaartje geteekend dat
nagenoeg den vestingtoestand van stad en voorstad verbeeldde,
hij zou eene bijzondere weerde aan zijn werk gevoegd hebben,
en de lezer zou gemakkelijk de uitlegging van blz. 12-13 en de
beschrijving van het beleg kunnen volgen. Op dit plan had men
kunnen zien dat Nieupoort, tijdens het beleg van 1489, langs
oosten, zuiden en westen, als 't ware door eenen dubbelen ves-
tinggracht beschut was, waarvan de binnenste van muren, wallen,
torens en poorten voorzien was, terwijl, aan den noordkant, een
wijde stroom, de Yzer, en verder, kreken en moerasgronden den
vijand beletteden tot bij de stad te komen. Langs den westen
waren er geen poorten; ten noordwesthoeke had men de Steger-
poort tegen den Yzer, ten zuidwesthoeke, de zuidpoort. Langs
den oostkant, stond de ooslpoort en ten noordoosthoeke, de noord-
poort. Met deze kleine uitlegging is het gemakkelijk aan te nemen,
hetgeen schrijver veronderstelt, dat de aanvallen tijdens het beleg
langs zuid- en oostkant geschied zijn. Langs de kaai, tusschen
de Stegerpoort en de Noordpoort, had men nog eenige kleine
-poorten, zooals de Cranepoort en verscheidene havenpoorten, te
weten t'einden de Kokstraat, de Sinte Mariastraat, de Hoogstraat,
en bij Schipwerkerstuin. Schrijver, die de stadsrekeningen te
beginnen van 't jaar 1891 aandachtig overzien had, heeft moéten
bemerken dat men in 1388 begon te « leggen » de nieuwe ver-
sterkingen en dat men ze allengskens voltooid heeft, zoodanig
dat men stap voor stap in deze rekeningen de verschillige werken
kan volgen en aanstippen. Zulk eene beschrijving had ettelijke
bladzijden beslaan en zou eene uitnemend schoone inleiding
geweest zijn tot de beschrijving van het beleg.

Van eenen anderen kant, hadden wij begeerd dat de hoofd-
stukken II en IV merkelijk korter waren behandeld geweest.
Immers de beschrijving van cc Handel ea Visscherij van Nieupoort
in de XV' eeuw » de cc Strijd tegen de zeeroovers » (blz. 14-27),
het cc Uitwerksel dier Beroerten op Handel en Visscherij (blz. 35-44),
heeft, wel is waar, op_ zich zelf genomen groot belang, maar
 
Annotationen