DE KUNST VAN BOEKBINDEN.
54[
voorzien zijn en eenen ijzeren ring aan den boord heb-
ben zijn van engelschen oorsprong. Wanneer de ring
zich aan het bovendeel bevindt, is het boek meestal in
Nederland, Duitschland of Frankrijk gebonden; in andere
gevallen is de band van italiaanschen oorsprong. Aan
dezen ring was een kettingje gehecht dat aan eene
ijzeren staaf, welke boven den lessenaar liep vast lag.
In de koninklijke boekerij van Brussel bewaart men
boeken der St. Leonarduskerk van Zoutleeuw, die nog
met zulke kettingjes voorzien zijn.
Dit gebruik werd in de XVIe eeuw opgegeven, toch
vindt men er nog voorbeelden van in 1620 te Worms,
in Duitschland, en in 1707 te Hereford, in Engeland.
In i632 waren de boeken der stadsbibliotheek geketend.
Ook in de kerken vond men dikwijls een brevier of
een bijbel door eene ketting vastgehecht. In een neven-
gebouw der St. Walburgis-kerk te Zutphen, kan men
nog heden ten dage een honderdtal boekdeelen op acht-
tien middeleeuwsche lessenaars en met kettingjes vastge-
maakt zien liggen.
De titels en andere versiersels waren somtijds in
het water verguld, dit gebruik schijnt in het Zuiden van
Duitschland ontstaan te zijn, men vindt er voorbeelden
van op boeken te Augsburg en te Neuremberg, na 1465
gebonden. Het. in het vuur vergulden werd omtrent 1470
ingevoerd ; eerst bepaalde men zich, door dit stelsel,
kleine kringen en puntjes in de tusschenruimte van het
loofwerk te vergulden, later gebruikte men het vuur-
verguldsel voor de bloemen waarmede men de hoeken
der omslagen versierde.
Het eerste specimen van dit stelsel schijnt te Venitië
en te Augsburg vervaardigd te zijn. Het handschrift van
De civitate Dei van den H. Augustinus, te Rome
gedrukt door Gonraad Sweynheym en Arnoldus Pan-
54[
voorzien zijn en eenen ijzeren ring aan den boord heb-
ben zijn van engelschen oorsprong. Wanneer de ring
zich aan het bovendeel bevindt, is het boek meestal in
Nederland, Duitschland of Frankrijk gebonden; in andere
gevallen is de band van italiaanschen oorsprong. Aan
dezen ring was een kettingje gehecht dat aan eene
ijzeren staaf, welke boven den lessenaar liep vast lag.
In de koninklijke boekerij van Brussel bewaart men
boeken der St. Leonarduskerk van Zoutleeuw, die nog
met zulke kettingjes voorzien zijn.
Dit gebruik werd in de XVIe eeuw opgegeven, toch
vindt men er nog voorbeelden van in 1620 te Worms,
in Duitschland, en in 1707 te Hereford, in Engeland.
In i632 waren de boeken der stadsbibliotheek geketend.
Ook in de kerken vond men dikwijls een brevier of
een bijbel door eene ketting vastgehecht. In een neven-
gebouw der St. Walburgis-kerk te Zutphen, kan men
nog heden ten dage een honderdtal boekdeelen op acht-
tien middeleeuwsche lessenaars en met kettingjes vastge-
maakt zien liggen.
De titels en andere versiersels waren somtijds in
het water verguld, dit gebruik schijnt in het Zuiden van
Duitschland ontstaan te zijn, men vindt er voorbeelden
van op boeken te Augsburg en te Neuremberg, na 1465
gebonden. Het. in het vuur vergulden werd omtrent 1470
ingevoerd ; eerst bepaalde men zich, door dit stelsel,
kleine kringen en puntjes in de tusschenruimte van het
loofwerk te vergulden, later gebruikte men het vuur-
verguldsel voor de bloemen waarmede men de hoeken
der omslagen versierde.
Het eerste specimen van dit stelsel schijnt te Venitië
en te Augsburg vervaardigd te zijn. Het handschrift van
De civitate Dei van den H. Augustinus, te Rome
gedrukt door Gonraad Sweynheym en Arnoldus Pan-