Immerzeel, Johan: De levens en werken der hollandsche en vlaamsche kunstschilders, beeldhouwers, graveurs en bouwmeesters: van het begin der vijftiende eeuw tot heden (2. deel) (Amsterdam: J.C. van Kesteren, 1843)

MOR.

241

welke hij paarden te pas kon brengen, van welker zamenstel hij grondige kennis bezit.
Dit blijkt uit eene menigte zijner tafereelen, waaronder ook stallen met paarden , die
in onderscheiden Kabinetten aangetrossen worden. In het jaar 1809 behaalde de Heer


Moritz bij de Maatschappij Felix Meritis den prijs op eene schilderij, voorstellende de
Gevangenneming van Cleopatra door Proculus; hij vervaardigde een pendant voor
dezelve, waarin de Dood van Marcus Antonius verbeeld wordt, en meer andere kapitale
historiële stukken. Daaronder mag ook genoemd worden de Overwinning bij Nieuw-
poort in 1600, welk stuk, in eene daartoe ingerigte zaal, bij wijze van een Panorama,
in 1818 ten toon gesteld werd. In die ordonnantie kwamen verscheiden paarden voor
van natuurlijke grootte. In het Panorama van Waterloo werden de beelden insgelijks
door den Heer Moritz geschilderd. Op de Gentsche tentoonstelling van 1820 bevond
zich van dezen meester eene andere voorstelling van het bovengemeld onderwerp, de
Veldslag bij Nieuwpoort, eene rijke en woelige ordonnantie, 12 voet boog en 19 breed.
Hetzelve werd door Zijne Majesteit Koning Willem I gekocht en aan de Regering der stad
Nieuwpoort ten geschenk gegeven. De Heer Moritz, die nog bestendig de kunst vlijtig
blijft beoefenen, is lid van het Koninklijk Nederlandsch Instituut, honorair lid van de
Koninklijke Academie der Schoone Kunsten te Brussel en lid van de Koninklijke Socië-
teit van Schoone Kunsten en Letterkunde te Gent. Van de echtgenoot dezes meesters,
Anna Reijermans, zag men op openbare tentoonstellingen bloem- en vruchtstukken,
die zoo verdienstelijk geacht werden, dat der kunstenaresse in 1817 door de Maatschappij
Felix Meritis plegtig een eerbewijs aangeboden werd. De Heer Moritz is mede een be-
kwaam werktuigkundige. Op het Paveljoen bij Haarlem heeft men van hem de Dood
van Marcus Antonius en een Kozakken-nachtleger.
MORO (Antonis) die omstreeks het jaar 1525 te Utrecht geboren werd, oefende zich
in de kunst, eerst onder het opzigt van Joan Schoorl, later in Italië naar de beste
meesters, en werd een der verdienstelijkste {portretschilders van zijnen tijd. Hij trad voor
eenigen tijd in dienst van Keizer Karei V, vervaardigde te Madrid het portret van
Vorst Philips en werd vervolgens door den Keizer naar Portugal gezonden, om het
afbeeldsel te schilderen van de Infante, bruid van Philips, en van hare Koninklijke
ouders. Voor deze drie portretten ontving hij zes honderd dukaten, benevens kostbare
geschenken. Het Koningrijk Portugal, waar hij deftig onthaald werd, schonk hem een
gouden keten van duizend guldens. Meerdere portretten van den hoogen adel, aldaar
door hem geschilderd, werden hem doorgaans met honderd dukaten betaald. — Later
II, 3i