134 EYNE KOSTEL ARSTEDIE.
olde schosalen (i), de schole gy to puluer bernen vnde stoten
laten vnde droch : en krude seue s(ch) ychten (2), den myt
deme anderen vpseden laten, -mde laten denne (3) X daghe
stan, dat ydt volt (4), vnde denne dat klare dryncken, dat
ys beter wen (5) golt vnde eddele stene, wen (6) dat dunne
affgheghaten (7) is, kane gy dat gruntschop (8) myt etike vnde
honnyge na der vorschreuen wyse wedder twe male vornyen(g).
G. G.
1 schoozolen, schoenzolen; worden te Kortrijk nog verbrand tegen-
smettende ziekten. 2 door een kruidenzeef ziften. 3 dan. J. valt, bezinkt.
5 denn, dan. 6 wanneer. Het schijnt,'de stafrijmzieke'afschrijver hadde alree
het tweede wen in het hoofd en gelezen, als hij ’t eerste (mis)schreef. Zoo
zeggen de jongens « posternoster » voor « paternoster ». 7 afgegoten.-
8 grondsop ; voorhanden in ’t spreekwoord : Grondsop voor de godde*
loozen. 9 vernieuwen.
olde schosalen (i), de schole gy to puluer bernen vnde stoten
laten vnde droch : en krude seue s(ch) ychten (2), den myt
deme anderen vpseden laten, -mde laten denne (3) X daghe
stan, dat ydt volt (4), vnde denne dat klare dryncken, dat
ys beter wen (5) golt vnde eddele stene, wen (6) dat dunne
affgheghaten (7) is, kane gy dat gruntschop (8) myt etike vnde
honnyge na der vorschreuen wyse wedder twe male vornyen(g).
G. G.
1 schoozolen, schoenzolen; worden te Kortrijk nog verbrand tegen-
smettende ziekten. 2 door een kruidenzeef ziften. 3 dan. J. valt, bezinkt.
5 denn, dan. 6 wanneer. Het schijnt,'de stafrijmzieke'afschrijver hadde alree
het tweede wen in het hoofd en gelezen, als hij ’t eerste (mis)schreef. Zoo
zeggen de jongens « posternoster » voor « paternoster ». 7 afgegoten.-
8 grondsop ; voorhanden in ’t spreekwoord : Grondsop voor de godde*
loozen. 9 vernieuwen.