Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

De Dietsche warande: tijdschrift voor kunst en Zedegeschiedenis — 3: 9.1896

DOI Page / Citation link:
https://doi.org/10.11588/diglit.26591#0545

DWork-Logo
Overview
Facsimile
0.5
1 cm
facsimile
Scroll
OCR fulltext
DICHTKUNST, LETTEREN,

10on&fls Utaraftfers,(l)

door Gustaaf Segers.

Lucifer (slot).

ELNIJ, niettegenstaande dit rusteloos streven
naar zelfverheffing, is het wonder ga te slaan,
met welken innigen gloed Lucifer aan zijnen
afkeer van de besluiten der Godheid luchtgeeft. Hij
bereikt in deze aanspraak het toppunt der wel-
sprekendheid. Hij lijdt inderdaad; de reden alleen
verbergt hij. Het fiere zelfbesef, de onbegrensde
hoogmoed, worden in eene aanspraak uitgedrukt,
die tot de heerlijkste meesterstukken der wereld-
poëzie behoort :

Hoe magli het Godt van ’t hart, dat hij zoo laagh, zoo diep
Vernedert, die hy tot den grootsten scepter schiep ?

Eene edelmoedigheit, geheilight lot regeeren,

Voor eenen minder zich zoo zwaerlyck kan verneeren,

Van heerlyckheit ontkleên, en opstaen uit haer staet
En stoel, dat zij vervloeckt den glans en dageraet
Van haren opgang, en veel liever had gebleven
Een schaduw zonder verf, een niet, en zonder leven :
Want niet zijn overtreft verkleening duizentwerf.

(i) Zie Dietsche Warande, bl. 446.
 
Annotationen