300
GUI—G1JZ.
geschilderd. Benoemd als Intendant van het Koninklijk Paveljoen bij Haarlem, zette hij
in die stad omtrent het jaar 1808 zich neder, en bekleedde later aldaar een ontvangers-
post. Zijne kunstoefening bleef hij ijverig voortzetten, en vervaardigde zeer naauwkeurige
ontleedkundige teekeningen voor Dr. G. Bakker, Praelector in de ontleed-, heel- en
vroedkunde te Haarlem, en in de vergelijkende ontleedkunde, bij Teijler’s Stichting.
Ook heeft hij proeven van etskunst geleverd. In 1813 is hij in laatstgenoemde stad
overleden, eene diepbedroefde weduwe nalatende. Guicherit bezat veel kennis, een
goeden smaak en een beminnelijk karakter.
*GUIMARD (...) was vanaf 1765 tot 1786, als architect te Brussel gevestigd, en is
omstreeks het jaar 1792 in den omtrek van Parijs overleden. Gedurende zijn verblijf ter
eerstgemelde plaatse, werden aldaar de volgende werken onder zijne leiding tot stand
gebragt: de Place Royale; — de groote ingang der Sint Jacobs kerk; — het Park met de
rondom liggende hotels ; — het Paleis der Staten-Generaal; — de Fontein in de rite
Haute; — Kasteden bij Laeken en dat van Wanneghem, bij Oudenaarde.
*GUISE (PlETER Jan), te Hilversum, werd geboren te Utrecht, den 6 Octoberl814.
Zich aanvankelijk op de Stads-Teekenschool geoefend hebbende, had hij, daar hij reeds
vroeg vaderloos geworden was, het geluk van in 1830 in het nuttige gesticht der Vrouwe
van Renswoude, in zijne geboorteplaats, te worden opgenomen, en werd hij door deszelfs
Regenten, na zijne beroepskeuze tot het schilderen bepaald te hebben, in 1833 bij den
Heer J. van Ravenswaaij te Hilversum besteld, onder wien hij zich onderscheiden jaren
in het vak van landschap met vee oefende. De voortbrengsels van zijn penseel, sedert
1836 op verschillende tentoonstellingen door hem geleverd, getuigden dat hij de lessen
zijns verdienstelijken meesters getracht heeft te benuttigen, en de studie naar de natuur
niet verwaarloosd heeft.
GUNST (Pieter van). Deze Hollandsche plaatsnijder is voornamentlijk bekend dooi-
de portretten van zijne hand, die men aantreft in het Geschiedkundig werk van Larreij,
waaraan geene moeite gespaard is, doch die plat en stijf zijn. Hij was in 1667 te Am-
sterdam geboren.
GIJZELS (Frans), te Leiden geboren, heeft portretten geschilderd. Ook zouden er in
Braband en elders nog altaarstukken van zijne hand gevonden worden.
GIJZEN of GIJZELS (Pieter) was een Hollander en leerling van Jan Breughel. Hij
schilderde, even als zijn meester, zeer uitvoerige landschappen met sraaije beeldjes; ins-
gelijks boerenkermissen met veel gewoel en rijkdom van stoifaadje; Rijngezigten in den
trant van Saftleven, en vogels, vruchten, bloemen enz. Een stukje met gebloemte, fruit
en insekten van hem, werd in 1735 verkocht voor ƒ 410.00. Op de verkooping van
van der Linden van Slingeland, gold een dergelijk ƒ 400.00; voor eene Boerenkermis
van Pieter Gijzen, werd in 1738 op eene publieke verkooping ƒ 1,100.00 betaald; wat
later voor eene Zwaan met klein gevogelte, ƒ324.00. Er is misschien geen meester,
wiens naam zoo verschillend gespeld wordt in de Catalogussen van kunstverkoopingen en
in de biographiën. Dit, zoowel als het wijd uiteenloopende van de kunstvakken, waarin
hij werkte, heeft aanleiding gegeven dat men zijne schilderijen aan onderscheiden mees-
ters toegeschreven heeft. Ondertusschen meenen wij als zeker te mogen aannemen, dat
Peeter Gijzens, Pieter Gijzels, Pieter Geijse, Peeter Gijsses, Pieter Gijssels en Pier Gijzels,
een en dezelfde kunstenaar geweest is.
einde van het eerste deel.
GUI—G1JZ.
geschilderd. Benoemd als Intendant van het Koninklijk Paveljoen bij Haarlem, zette hij
in die stad omtrent het jaar 1808 zich neder, en bekleedde later aldaar een ontvangers-
post. Zijne kunstoefening bleef hij ijverig voortzetten, en vervaardigde zeer naauwkeurige
ontleedkundige teekeningen voor Dr. G. Bakker, Praelector in de ontleed-, heel- en
vroedkunde te Haarlem, en in de vergelijkende ontleedkunde, bij Teijler’s Stichting.
Ook heeft hij proeven van etskunst geleverd. In 1813 is hij in laatstgenoemde stad
overleden, eene diepbedroefde weduwe nalatende. Guicherit bezat veel kennis, een
goeden smaak en een beminnelijk karakter.
*GUIMARD (...) was vanaf 1765 tot 1786, als architect te Brussel gevestigd, en is
omstreeks het jaar 1792 in den omtrek van Parijs overleden. Gedurende zijn verblijf ter
eerstgemelde plaatse, werden aldaar de volgende werken onder zijne leiding tot stand
gebragt: de Place Royale; — de groote ingang der Sint Jacobs kerk; — het Park met de
rondom liggende hotels ; — het Paleis der Staten-Generaal; — de Fontein in de rite
Haute; — Kasteden bij Laeken en dat van Wanneghem, bij Oudenaarde.
*GUISE (PlETER Jan), te Hilversum, werd geboren te Utrecht, den 6 Octoberl814.
Zich aanvankelijk op de Stads-Teekenschool geoefend hebbende, had hij, daar hij reeds
vroeg vaderloos geworden was, het geluk van in 1830 in het nuttige gesticht der Vrouwe
van Renswoude, in zijne geboorteplaats, te worden opgenomen, en werd hij door deszelfs
Regenten, na zijne beroepskeuze tot het schilderen bepaald te hebben, in 1833 bij den
Heer J. van Ravenswaaij te Hilversum besteld, onder wien hij zich onderscheiden jaren
in het vak van landschap met vee oefende. De voortbrengsels van zijn penseel, sedert
1836 op verschillende tentoonstellingen door hem geleverd, getuigden dat hij de lessen
zijns verdienstelijken meesters getracht heeft te benuttigen, en de studie naar de natuur
niet verwaarloosd heeft.
GUNST (Pieter van). Deze Hollandsche plaatsnijder is voornamentlijk bekend dooi-
de portretten van zijne hand, die men aantreft in het Geschiedkundig werk van Larreij,
waaraan geene moeite gespaard is, doch die plat en stijf zijn. Hij was in 1667 te Am-
sterdam geboren.
GIJZELS (Frans), te Leiden geboren, heeft portretten geschilderd. Ook zouden er in
Braband en elders nog altaarstukken van zijne hand gevonden worden.
GIJZEN of GIJZELS (Pieter) was een Hollander en leerling van Jan Breughel. Hij
schilderde, even als zijn meester, zeer uitvoerige landschappen met sraaije beeldjes; ins-
gelijks boerenkermissen met veel gewoel en rijkdom van stoifaadje; Rijngezigten in den
trant van Saftleven, en vogels, vruchten, bloemen enz. Een stukje met gebloemte, fruit
en insekten van hem, werd in 1735 verkocht voor ƒ 410.00. Op de verkooping van
van der Linden van Slingeland, gold een dergelijk ƒ 400.00; voor eene Boerenkermis
van Pieter Gijzen, werd in 1738 op eene publieke verkooping ƒ 1,100.00 betaald; wat
later voor eene Zwaan met klein gevogelte, ƒ324.00. Er is misschien geen meester,
wiens naam zoo verschillend gespeld wordt in de Catalogussen van kunstverkoopingen en
in de biographiën. Dit, zoowel als het wijd uiteenloopende van de kunstvakken, waarin
hij werkte, heeft aanleiding gegeven dat men zijne schilderijen aan onderscheiden mees-
ters toegeschreven heeft. Ondertusschen meenen wij als zeker te mogen aannemen, dat
Peeter Gijzens, Pieter Gijzels, Pieter Geijse, Peeter Gijsses, Pieter Gijssels en Pier Gijzels,
een en dezelfde kunstenaar geweest is.
einde van het eerste deel.