Immerzeel, Johan: De levens en werken der hollandsche en vlaamsche kunstschilders, beeldhouwers, graveurs en bouwmeesters: van het begin der vijftiende eeuw tot heden (1. deel) (Amsterdam: J.C. van Kesteren, 1842)

VOORBERIGT.

Wij bieden in deze bladen den laatsten arbeid aan van onzen
geachten vader, die den avond van zijn leven besteed heeft om de
vruchten zijner kennis en ondervinding in het gebied der Schoone
Kunsten, op te teekenen en voor den druk gereed te maken.
Geheel doordrongen van de belangrijkheid van een onderwerp, het-
welk hij als een monument van den nationalen roem van Holland en
België meende te mogen beschouwen, heeft hij getracht aan zijnen
arbeid de meest mogelijke volkomenheid te geven. Zijne uitgebreide
betrekkingen met kunstenaars en geleerden in Holland en België,
gevoegd bij eene belangrijke bibliotheek, welke een aantal der beste
schrijvers over de kunst en kunstenaren bevatte, werkten zijne onder-
neming krachtdadig in de hand. Onuitgegeven handschristen uit
openbare bibliotheken en van particulieren, wier inhoud vaak een
helder licht, hoofdzakelijk over kunstenaars uit de Belgische school,
verspreidde, belangrijke brieven en stukken, betrekking hebbende
lot het leven van afzonderlijke kunstenaars die zich vroeger een naam
verworven hebben, zijn hem aanvertrouwd en met zorg geraadpleegd
geworden, en hij is daardoor in de gelegenheid geweest, vele leemten
en onnaauwkeurigheden, die vroegere beschrijvingen aankleven, aan
te vullen en te verbeteren.
Mogten deze bijdragen het hunne toebrengen tot bereiking van hel