NEDERLANDSCHE EN ANDERE OUDHEDEN.
JWjipBrimft in 5e xvie <£euto
door Edward Poffé.
Göthe : « Greif our in ’s Men-
schenleben, und wo man greift
da ist’s interessant. »
ERKWAARDIGHEDEN — zoo vraagt de gees-
tige Gerard Keiler ergens — wat zijn merk-
waardigheden? En hijzelf antwoordt terecht :
« Dat is misschien nog het merkwaardigste, dat
niemand juist zeggen kan, wat eene merkwaar-
digheid is, wat de opmerkzaamheid waardig is!
Dan is de gansche wereld, en al wat daarop, en
daarin, en daarboven is, eene merkwaardigheid. Men
heeft echter algemeene, officieel erkende merkwaar-
digheden. Maar wanneer is eene merkwaardigheid
begonnen eene merkwaardigheid te zijn? Wie heeft
ze er toe aangewezen?.... »
Als wij ons gevoel, dien bewaarengel van
den Vlaamschen kunstsmaak, raadplegen — en wie
onzer zou hem durven verstooten? — dan mogen
wij de vraag van den Goudschen schrijver beant-
woorden en zijn eigen antwoord schoren met de
meening : voor ons, Vlaamsche navorschers, is al
JWjipBrimft in 5e xvie <£euto
door Edward Poffé.
Göthe : « Greif our in ’s Men-
schenleben, und wo man greift
da ist’s interessant. »
ERKWAARDIGHEDEN — zoo vraagt de gees-
tige Gerard Keiler ergens — wat zijn merk-
waardigheden? En hijzelf antwoordt terecht :
« Dat is misschien nog het merkwaardigste, dat
niemand juist zeggen kan, wat eene merkwaar-
digheid is, wat de opmerkzaamheid waardig is!
Dan is de gansche wereld, en al wat daarop, en
daarin, en daarboven is, eene merkwaardigheid. Men
heeft echter algemeene, officieel erkende merkwaar-
digheden. Maar wanneer is eene merkwaardigheid
begonnen eene merkwaardigheid te zijn? Wie heeft
ze er toe aangewezen?.... »
Als wij ons gevoel, dien bewaarengel van
den Vlaamschen kunstsmaak, raadplegen — en wie
onzer zou hem durven verstooten? — dan mogen
wij de vraag van den Goudschen schrijver beant-
woorden en zijn eigen antwoord schoren met de
meening : voor ons, Vlaamsche navorschers, is al