DE WAARHEID OMTRENT DEN GOEDENDAG. 69
De Franschen hebben dan ook op hunne beurt
eenige jaren na den slag van Cassel, den Goeden-
dag ingevoerd, als wapen voor den minderen man
uit de steden en van het land.
Het belangrijke boekje, waarvan ik hier den
inhoud zeer kort opgeef, bevat vijf platen, name-
lijk : I. De Koning van Frankrijk en zijne ridders,
in gevecht met de met puntlansen gewapende
Vlamingen, in den slag van Pevelenberg (minia-
turen uit de Croniques de France, dites de St.-
Denis) ; II. Opstand der Pas tour eaux, in 1251 ; III.
Verschillende modellen van oude kouters, vergeleken
met die van lateren tijd, en twee zegels, waarvan
een twee afgeweerde kouters vertoont, als helmtee-
ken; het andere, een geheele ploeg (1497); IV.
Vlaamsche ploeg uit het einde der XIII6 eeuw
(volgens een handschrift op de koninklijke biblio-
theek) ; V. De rechter Samgar, gewapend met het
kouter (zie boven) ; bovendien vele afbeeldingen in
den tekst.
Hoewel geene enkele middeleeuwsche beschrij-
ving van den Goedendag, ten minste voor zooverre
thans bekend is, het woord kouter vermeldt, aarzel ik
niet, om mij door het betoog van den heer van Mal-
derghem volkomen overtuigd te verklaren, en ik
stel mij voor, dat alle lezers mijne overtuiging zullen
deelen.
Naar mijne meening is het verschijnen in de
XIVe eeuw van het kouter als helmteeken in het
wapen van vele ridders, van zeker gewicht ten gunste
van zijne stelling. Gewoonlijk zijn zij twee in getal.
De heer van Malderghem heeft in zijne ver-
handeling eene atbeelding gegeven van het wapen
van Egidius, heer van Roussy, die bij Bastweiler
De Franschen hebben dan ook op hunne beurt
eenige jaren na den slag van Cassel, den Goeden-
dag ingevoerd, als wapen voor den minderen man
uit de steden en van het land.
Het belangrijke boekje, waarvan ik hier den
inhoud zeer kort opgeef, bevat vijf platen, name-
lijk : I. De Koning van Frankrijk en zijne ridders,
in gevecht met de met puntlansen gewapende
Vlamingen, in den slag van Pevelenberg (minia-
turen uit de Croniques de France, dites de St.-
Denis) ; II. Opstand der Pas tour eaux, in 1251 ; III.
Verschillende modellen van oude kouters, vergeleken
met die van lateren tijd, en twee zegels, waarvan
een twee afgeweerde kouters vertoont, als helmtee-
ken; het andere, een geheele ploeg (1497); IV.
Vlaamsche ploeg uit het einde der XIII6 eeuw
(volgens een handschrift op de koninklijke biblio-
theek) ; V. De rechter Samgar, gewapend met het
kouter (zie boven) ; bovendien vele afbeeldingen in
den tekst.
Hoewel geene enkele middeleeuwsche beschrij-
ving van den Goedendag, ten minste voor zooverre
thans bekend is, het woord kouter vermeldt, aarzel ik
niet, om mij door het betoog van den heer van Mal-
derghem volkomen overtuigd te verklaren, en ik
stel mij voor, dat alle lezers mijne overtuiging zullen
deelen.
Naar mijne meening is het verschijnen in de
XIVe eeuw van het kouter als helmteeken in het
wapen van vele ridders, van zeker gewicht ten gunste
van zijne stelling. Gewoonlijk zijn zij twee in getal.
De heer van Malderghem heeft in zijne ver-
handeling eene atbeelding gegeven van het wapen
van Egidius, heer van Roussy, die bij Bastweiler