roode oude Friezen. Er heerscht nog een ware middeleeuwsche stemming op dat rustige
kerkpleintje, dat men ten oosten uit een straatje kan betreden, met gezicht op het breede,
rond afgesloten koor en het als een kleine zijbeuk aangebouwde priestervertrek of consistorie-
kamer (fig. 30). De bovenhelft van den toren schijnt alleen vernieuwd te zijn, overigens
slechts onbeduidende restauraties; een gaafheid die wel gewaardeerd mag worden.
De Sint Maartenskerk is gebouwd
omstreeks 1421 en in 1876 op rijks
kosten, voornamelijk inwendig ge-
restaureerd.
Het middenschip heeft de dub-
bele breedte van de beide zijschepen,
waarvan het wordt gescheiden door
16 slanke pilaren, waarop met forsche
spitsbogen een tonvormig en van
boven met hout bekleed gewelf rust.
De zijschepen vereenigen zich ten
oosten tot een ommegang om het
koor. In de kerken te Bergum, Bol-
sward en Workum zit meer stemming
en rust dan in dit middenschip, met
zijn rood en wit geverfde balken en
al te regelmatige traceeringen van
rooden baksteen in de ramen, waar-
mee de pilaren aan Oost- en Westkant
tijdens de restauratie zijn gevuld. Ook
schijnt het licht wat al te overvloedig.
In de reeds genoemde, veel aardiger
koorommegang de grootsche reeks van
rechtstandig tegen den buitenmuur,
of als plaveisel op den grond rustende
zerken, meerendeels van blauw arduin
(fig. 31). Ook oudere liggen er,
bescheiden nog van formaat en van
rooden zandsteen, met toegespitste
wapenschilden. In het begin der zestiende eeuw schijnt de roode grafzerk, dikwijls
deksel van een zandsteenen lijkkist, geheel verdrongen te zijn door de reuzenzerken
van blauwen steen. Er zijn er van 3.20 X 2.20 M. Men krijgt hier bijna een volledig
overzicht van de ornamentatie der Friesche zerken, een overzicht dat begint met het
stichtingsjaar der kerk, zich aansluitend bij de nog oudere zandsteenen grafplaten van
het Friesch Museum uit de voormalige kerk te Beets en den Epposteen van 1341,
Fig. 32. Pilaarschildering uit de 15e eeuw, in de
Maartenskerk, naar eene teekening in het Friesch Museum.
101
kerkpleintje, dat men ten oosten uit een straatje kan betreden, met gezicht op het breede,
rond afgesloten koor en het als een kleine zijbeuk aangebouwde priestervertrek of consistorie-
kamer (fig. 30). De bovenhelft van den toren schijnt alleen vernieuwd te zijn, overigens
slechts onbeduidende restauraties; een gaafheid die wel gewaardeerd mag worden.
De Sint Maartenskerk is gebouwd
omstreeks 1421 en in 1876 op rijks
kosten, voornamelijk inwendig ge-
restaureerd.
Het middenschip heeft de dub-
bele breedte van de beide zijschepen,
waarvan het wordt gescheiden door
16 slanke pilaren, waarop met forsche
spitsbogen een tonvormig en van
boven met hout bekleed gewelf rust.
De zijschepen vereenigen zich ten
oosten tot een ommegang om het
koor. In de kerken te Bergum, Bol-
sward en Workum zit meer stemming
en rust dan in dit middenschip, met
zijn rood en wit geverfde balken en
al te regelmatige traceeringen van
rooden baksteen in de ramen, waar-
mee de pilaren aan Oost- en Westkant
tijdens de restauratie zijn gevuld. Ook
schijnt het licht wat al te overvloedig.
In de reeds genoemde, veel aardiger
koorommegang de grootsche reeks van
rechtstandig tegen den buitenmuur,
of als plaveisel op den grond rustende
zerken, meerendeels van blauw arduin
(fig. 31). Ook oudere liggen er,
bescheiden nog van formaat en van
rooden zandsteen, met toegespitste
wapenschilden. In het begin der zestiende eeuw schijnt de roode grafzerk, dikwijls
deksel van een zandsteenen lijkkist, geheel verdrongen te zijn door de reuzenzerken
van blauwen steen. Er zijn er van 3.20 X 2.20 M. Men krijgt hier bijna een volledig
overzicht van de ornamentatie der Friesche zerken, een overzicht dat begint met het
stichtingsjaar der kerk, zich aansluitend bij de nog oudere zandsteenen grafplaten van
het Friesch Museum uit de voormalige kerk te Beets en den Epposteen van 1341,
Fig. 32. Pilaarschildering uit de 15e eeuw, in de
Maartenskerk, naar eene teekening in het Friesch Museum.
101