Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Hinweis: Ihre bisherige Sitzung ist abgelaufen. Sie arbeiten in einer neuen Sitzung weiter.
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 2.1909

DOI Heft:
Nr. 4
DOI Artikel:
Scheepens, W.: Beschrijving van het kasteel Doornenburg, gemeente Doornenburg
DOI Artikel:
Martin, Wilhelm: Rembrandts portretten van Herman Doomer en Baartjem Martens
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19798#0138

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
slechts vaag schilderwerk op het houtwerk en langs de kozijnen der vensters is zichtbaar.

De zware moerbalken zijn door het verwijderen der karbeels doorgezakt. De vloeren
der verdiepingen zijn reeds gedeeltelijk verdwenen en zoo onvertrouwbaar, dat men er
zich niet meer op durft wagen. Een niet daarbij behoorende kap met pannen gedekt is
op dit merkwaardige gebouw aangebracht.

De photo’s, welke hiervan bestaan zijn verschillende opnemingen der ruïne, van
het kasteel, walmuren en kapel. Bijgaand vogelvlucht perspectief is bedoeld, zooals men
het in herstelden toestand zich kan voorstellen en zooals het volgens de overblijfselen
ook werkelijk geweest moet zijn.

Reeds in 1903 werden van Regeeringswege opmetingen van dit merkwaardige bouw-
werk gedaan, met het doel, de instandhouding van dit monument te verzekeren.

’s-Gravenhage. W. SCHEEPENS.

REMBRANDTS PORTRETTEN VAN HERMAN DOOMER EN
BAARTJEN MARTENS.

In het vierde deel van Bode’s groote Rembrandt-werk 1 2) heeft Hofstede de Groot
bij de toelichting tot het portret van den »vergulder” Herman Doomer, dat zich thans
in de collectie Havemeyer te New-York bevindt (Bode n°. 275) voor het eerst gewezen
op een door Bredius gevonden, maar nog niet uitgegeven akte van den drieëntwintigsten
Mei 1662. Bij die akte vermaakt Baertjen Martens, weduwe van den ebbenhoutbewerker
Herman Doomer, haar portret en dat van haar man, beide door Rembrandt geschilderd,
aan haren zoon Lambert Doomer. Zij stelt daarbij echter de voorwaarde, dat Lambert Doomer
voor ieder van zijn vijf broers en zusters een copie van die portretten zou laten maken.
Men zag terecht in het onder den naam van »le Doreur” bekende portret der collectie
Elavemeyer het portret van Herman Doomer. Maar waar de tegenhanger van den »Doreur”
gebleven was, wist men niet, totdat Hofstede de Groot3) en Neumann !) onafhankelijk van
elkander gelijktijdig het vermoeden uitten, dat het portret eener oude vrouw in de Ermitage
te St. Petersburg (Bode n°. 281) Baartjen Martens zou voorstellen.

Neumann kwam tot deze onderstelling door overeenkomst van techniek en afmetingen
van beide stukken, terwijl Elofstede de Groot getroffen was door het feit, dat zich in de
verzameling van den hertog van Devonshire te Londen twee oude copieën bevinden, het

1) »Rembrandt”; beschreibendes Verzeichnis seiner Gemalde mit den heliographischen Nach-

bildungen.von W. Bode unter Mitwirkung von C. Elofstede de Groot. Paris, Sedelmeyer.

2) Op blz. 7 van het «Supplement” op de «Urkunden iiber Rembrandt”, in de toelichting tot
No. 251a, die reeds vroeger in Bode IV (bij No. 275) was gepubliceerd, doch door Elofstede de Groot
in zijn oorkondenuitgaaf vergeten.

3) In den tweeden druk van zijn boek over Rembrandt, bl. 250.

126
 
Annotationen