DOI Heft:
Nr. 6
DOI Artikel:Riemsdijk, B. W. F. van: Het Huis an de drie grachten te Amsterdam
DOI Seite / Zitierlink:https://doi.org/10.11588/diglit.19798#0207
afgewerkt; daarmede maakt men geen haast, omdat men eerst wil beschikken over oud
echt materiaal als schoorsteenbekleedingen, wandbetimmeringen enz. uit het begin van 1600
alvorens het inwendige te voltooien. De pleisterplafonds zullen gaandeweg verdwijnen,
waardoor de oorspronkelijke zolderingen met hare moer- en kinderbinten voor den dag
zullen worden gebracht. Wat echter in de lokalen nu reeds bizonder treft is het aan-
gename licht, dat er heerscht, invallende door de hooge kruisramen met glas in lood gedicht.
Licht is er in overvloed en de gezelligheid vraagt hier niet naar overgordijnen en andere
lichtwerende middelen.
Van den oudsten bouw, voorafgaande aan de gevels van 1610, vindt men de
sporen in het dak: daar worden nog
laat-gothische profileeringen aange-
troffen. Het meest verrassende op die
zolderverdieping is echter wel een
schildersatelier, waar de zoon van een
der firmanten ijverig en zeer ver-
dienstelijk werkzaam is; men zou
den jongen man in een 17e-eeuwsch
costuum willen zien in deze om-
geving herinnerende aan den tijd
onzer groote oude meesters. In zijn
werk is een sprankje van den geest
dezer groote voorgangers te her-
kennen ; het getuigt voorzeker van
liefde voor en bewondering van hun
■ werk.
Bij de restauratie is de heer
Jan de Meyev zeer consciëntieus te
werk gegaan. Gegevens heeft hij
gezocht en gevonden; de details zijn Gevels aan de Grim- en O. Z. Achterburgwallen,
na de restauratie.
goed bestudeerd en juist aangebracht.
De tegelvloeren in voorportaal en gangen zijn naar oude motieven gelegd; voor het
glas in lood hebben schilderijen uit den tijd hem de modellen verstrekt; — in een
woord de restauratie is uitstekend geslaagd en Amsterdam mag geluk worden gewenscht
door dezen herstelden bouw een nieuwe aantrekkelijkheid te bezitten, terwijl de kunst-
minnende eigenaars, de heeren Boele van Hensbroek en Gerdes, met zelfvoldoening op
dit door hen geïnspireerde werk mogen neêrzien.
B. W. F. VAN RIEMSDIJK.
□ □ □
□ □
□
195
echt materiaal als schoorsteenbekleedingen, wandbetimmeringen enz. uit het begin van 1600
alvorens het inwendige te voltooien. De pleisterplafonds zullen gaandeweg verdwijnen,
waardoor de oorspronkelijke zolderingen met hare moer- en kinderbinten voor den dag
zullen worden gebracht. Wat echter in de lokalen nu reeds bizonder treft is het aan-
gename licht, dat er heerscht, invallende door de hooge kruisramen met glas in lood gedicht.
Licht is er in overvloed en de gezelligheid vraagt hier niet naar overgordijnen en andere
lichtwerende middelen.
Van den oudsten bouw, voorafgaande aan de gevels van 1610, vindt men de
sporen in het dak: daar worden nog
laat-gothische profileeringen aange-
troffen. Het meest verrassende op die
zolderverdieping is echter wel een
schildersatelier, waar de zoon van een
der firmanten ijverig en zeer ver-
dienstelijk werkzaam is; men zou
den jongen man in een 17e-eeuwsch
costuum willen zien in deze om-
geving herinnerende aan den tijd
onzer groote oude meesters. In zijn
werk is een sprankje van den geest
dezer groote voorgangers te her-
kennen ; het getuigt voorzeker van
liefde voor en bewondering van hun
■ werk.
Bij de restauratie is de heer
Jan de Meyev zeer consciëntieus te
werk gegaan. Gegevens heeft hij
gezocht en gevonden; de details zijn Gevels aan de Grim- en O. Z. Achterburgwallen,
na de restauratie.
goed bestudeerd en juist aangebracht.
De tegelvloeren in voorportaal en gangen zijn naar oude motieven gelegd; voor het
glas in lood hebben schilderijen uit den tijd hem de modellen verstrekt; — in een
woord de restauratie is uitstekend geslaagd en Amsterdam mag geluk worden gewenscht
door dezen herstelden bouw een nieuwe aantrekkelijkheid te bezitten, terwijl de kunst-
minnende eigenaars, de heeren Boele van Hensbroek en Gerdes, met zelfvoldoening op
dit door hen geïnspireerde werk mogen neêrzien.
B. W. F. VAN RIEMSDIJK.
□ □ □
□ □
□
195