Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Oudheidkundig jaarboek — 3. Ser. 1.1921

DOI Artikel:
Mededeelingen en korte berichten
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19958#0068

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
52

MEDEDEELINGEN EN KORTE BERICHTEN

hun tot Uwe Excellentie gericht adres van 1 Mei
1920, veroorlooven zich ondergeteekenden, bestu-
ren van bovengenoemde Vereenigingen, het vol-
gende onder Uwe aandacht te brengen.

De voorstellen hebben voornamelijk ten doel,
in de oude stad plaats te maken voor twee zeer
groote gebouwen, terwijl zij tevens beoogen, den
aanleg van nieuwe verkeerswegen voor te be-
reiden.

Over de wijze, waarop het aan de Afdeeling
Publieke Werken ontworpen plan deze oogmerken
tracht te bereiken, wenschen ondergeteekenden
thans geen technisch oordeel uit te spreken. Zij
meenen alleen te mogen vooropstellen, dat met
deze plannen, ten eerste voor het blok Nieuwe-
zijds Voorburgwal-Spuistraat-Singel een complex
gemoeid is van niet minder dan honderd vijftig
huizen, die tezamen nog steeds een karakter van
ongemeene intimiteit vertoonen, — en ten tweede
voor het complex Singel-Heerengracht twee zeer
schoone en, van verschillende zijden gezien, als
stadsgezicht bijzonder belangrijke gevelrijen be-
dreigd worden, die zeker, zoolang Amsterdam nog
eenigen eerbied voor zijn historisch verleden heeft,
nooit zonder de alleruiterste noodzakelijkheid
zouden mogen worden opgeofferd.

Ondergeteekenden mogen evenwel vooral niet
nalaten erop te wijzen, dat alvorens tot dezen
buitengewoon ernstigen inbreuk op het stadsplan
van Amsterdam werd overgegaan, zijn onafwijs-
bare noodzakelijkheid eerst duidelijk zou moeten
bewezen zijn. De ondervinding heeft reeds al te
vaak geleerd, hoe ingrijpende maatregelen van
dezen aard, die voor het oogenblik aan enkelen
noodwendig toeschenen, later moesten blijken op
fatale mislukkingen te zijn uitgeloopen, terwijl
intusschen het karakter der getroffen stad onher-
stelbaar bedorven was.

Maar verder willen zij er ook nadruk op leggen,
dat, wanneer werkelijk, na een nauwgezet wikken
en wegen van alle factoren, het als vaststaand
moest worden aangenomen, dat in het oude stads-
plan dermate behoorde te worden ingegrepen, de
wijze, waarop de gewenschte herschepping hadde
te geschieden, een punt van de allerdeugdelijkste
overweging zou moeten uitmaken.

Een vraagstuk op te lossen van een zoo vitaal
belang als het uitbreken en transformeeren van
een stuk eener oude stad, zou nooit aan de ver-
antwoordelijkheid van één enkelen ambtenaar
moge worden overgelaten, zelfs niet al ware deze

ambtenaar een architect van de meest beproefde
bekwaamheden en de diepste inzichten.

Met het oog op de verantwoordelijkheid van
onzen tijd tegenover de nakomelingschap, zou
alleen door samenwerking van de allerbeste krach-
ten onder de tegenwoordige architecten, een op-
lossing voor de schier onoverkomenlijke moeilijk-
heden, die zich bij zulk een reconstructie van het
schoone stadsplan van Amsterdam zouden voor-
doen, verkregen kunnen worden.

Om deze redenen noemen ondergeteekenden
het nogmaals dringend gewenscht, dat de huns
inziens te lichtvaardiglijk tot stand gekomen voor-
stellen op de meest grondige wijze door deskun-
digen zullen worden onderzocht, en verzoeken zij
Uwe Excellentie in dien geest te willen beschikken.

Hetwelk doende enz.

DE BOND „HEEMSCHUT”

HET KONINKLIJK OUDHEID-
KUNDIG GENOOTSCHAP
HET GENOOTSCHAP

„AMSTELODAMUM”
DE VEREENIGING „HENDRICK
DE KEYSER”.

Amsterdam, April 1921.

De Zomervergadering van den Ned. Oudh.
Bond heeft dit jaar te Zierikzee plaats, vermoede-
lijk van Donderdag 30 Juni tot Zaterdag 2 Juli.
Onder voorzitterschap van den burgemeester van
Zierikzee, Mr. A. J. F. Fokker van Craijestein,
zullen de volgende heeren het comité van voor-
bereiding en ontvangst vormen: Mr. S. Friezenberg,
president der arrond.-rechtbank, E. J. Gelderman,
voorzitter der Vereen, v. Vreemdelingenverkeer,
N. A. Berkhout, burgemeester van Brouwershaven,
L. J. van Vessem, secretaris van Oosterland, A.
van der Weyde, heemraad van Schouwen, C. de
Looze, J. J. Vriesendorp van Renesse, J. J. Honig,
A. C. de Oude, P. D. de Vos, gemeente-archivaris.

Voorloopig plan: 30 Juni — per stoomboot uit
Rotterdam naar Zierikzee, alwaar om 7.30 offici-
eele ontvangst ten stadhuize, en om 8 uur opening
der Algemeene Vergadering.

1 Juli — bezichtiging der monumenten van
Zierikzee — noenmaal in Hotel van Oppen; tocht
in auto’s door Duiveland; om 7 uur feestmaal in
Hotel van Oppen.

2 Juli — om 9 uur tocht naar Schouwen; ±
4 uur aankomst te Brouwershaven, waar de tram
naar Holland kan worden genomen.
 
Annotationen