Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 1.1908

DOI Heft:
Nr. 3-4
DOI Artikel:
Hoefer, Frederic Adolph: Aanteekeningen omtrent Culemborg
DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.19797#0155

DWork-Logo
Überblick
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
Schilderij, voorstellende Elisabeth in biddende houding, tusschen hare beide echtge-
nooten, vliesridders, met hunne wapens. Inschrift: »Etatis cuiuslibet Eoru circa an. XXXI”
en het onderschrift: »A solis ortu usque ad occasum laudabile nomen domini”. In de
manier van Jan van Scorel. Paneel 110 X 156. Gevat in lijst met Gothiek profiel; op den
onderregel hetzelfde latijnsche opschrift als onder op de schilderij staat.

Portret van Floris I van Pallant, graaf van Culemborg, op zijn doodsbed !). Doek,
89,5 X 114,5. In oorspronkelijke lijst. Dit is het eenige bestaande portret van den graaf.

Portret van Floris I van Pallant, graaf van Culemborg op zijn doodsbed. Copie.
Doek 79 X 108.

Portret van Floris II van Pallant, graaf van Culemborg. Germerkt »Anno 1617” en
»Ravestein”. Doek 118 X 99. In origi-
neele eikenhouten lijst.

(Een portret van hem en zijne
echtgenoote ten voeten uit schilderde
Paulus Moreelse. Zie K. van Mander,

Schilderboek, 1604, blz. 299 vlg. De
gravures naar de schilderij van Miere-
velt zijn beroemd).

Portret van Floris II van Pallant
op zijn doodsbed. Gemerkt »Max
Clinger 1639”. Paneel 77,5 X 107.

Portet van Catharina, gravin van
den Berg, echtgenoote van Floris II.

Fater is er opgezet »Anno 1617”.

Doek 117.5 X 99.

Portret van Philip Theodoor,
graaf van Waldeck Pyrmont, graaf van Culemborg. Met het onderschrift: »Philippus Theodorus
Comes in Waldeck Pyrmont et Culenborch; Baro in Tónna, Pallant, Wittem, Weerde, Dominus
in Feede, kienden, Wildenborch, Kenswyler, Engelsdorp, Frechem, Bachum, Dalem etc.
CIDIDCXFVII”. Geschilderd in de manier van G. Honthorst. Paneel 107 X 78.

Portret van Maria Magdalena van Nassau, echtgenoote van Philip Theodoor. Met
het onderschrift: »Maria Magdalena Comitissa in Waldeck Pyrmont en Culenborch ; Baronissa
in Tónna, Pallant, Wittem, Weerth etc. Domina in Feede, kienden, Wildenborch, Kenswyler,
Engelsdorp, Frechem, Bacchum, Dalem etc. Commitissa Nassaviae, Cattimeliboci, Viandae,
Dietsiae etc. CIDIDCXFVII”. Geschilderd op de manier van G. Honthorst. Paneel 107 X 78. 1

1) Omtrent de schilderijen van Floris I en Floris II op hun doodsbed deelt Voet blz. 278 vlg.
mede, dat zij op het Nederhof in de Raadkamer hingen en vandaar verhuisden naar het Weeshuis,
waar zij tot 1750 bleven, waarna zij, benevens de portretten van Flenric Wolraet en Carel Gustaaf, ook op
hun doodsbed geschilderd, op bevel der protectoren zijn weggedaan. Vermoedelijk, zegt Voet, was aan
de protectoren destijds »dit doodelijk gezigt, of memento rnori, mogelijk niet aengenaem”.

141
 
Annotationen