Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 1.1908

DOI Heft:
Nr. 3-4
DOI Artikel:
Martin, Wilhelm: Een regentenstuk te Elshout
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19797#0189

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
De vertegenwoordigers dier drie plaatsen waren dus öf niet in de gelegenheid om
te poseeren voor den schilder, óf — en dit ligt het meeste voor de hand — de zetels
waren vacant.

2°. Een tweede gegeven, dat wellicht kan leiden tot het ontdekken van het jaar
van ontstaan der schilderij, is het wapen op den halsband van den hond: boven en onder
geel, met een dwarsbalk van rood, waarop /\/\/\ in gele lijnen. De hond kijkt naar
den heer in het midden, die dus blijkbaar zijn meester is. Kent men dus het wapen op
den halsband, dan kan men nagaan, of iemand van dien naam onder de heemraden van
de Overwaard voorkomt.

De schilderwijze herinnert aan die van Ludolf de Jong (1616—1690) en het is
niet onmogelijk, dat men aan een Rotterdamsch schilder als hij was dit werk gunde.
Zekerheid hieromtrent bestaat echter bij mij niet en gaarne geef ik deze toeschrijving voor
beter. De schilderij is flink, maar de teekening, vooral de modelleering van enkele der
koppen, laat hier en daar te wenschen over. Het geheel is echter zeer aantrekkelijk door
het krachtig koloriet.

De heer in het midden is blijkbaar de hoogste in rang der vergadering, dus de
watergraaf. De heer rechts achter hem, die uit handen van den eerbiedig groetenden ouden
»fabriek” een brief met het woord Rek(eninghe) ontvangt, is de penningmeester; de heer
daarnaast, met een kaart van den polder vóór zich, bekleedt een functie, die den tegen-
woordigen secretaris, den heer Langeveld, noch mij duidelijk is. Geheel links zit de secretaris
met de pen in de hand, bij inktkoker en papieren. Op den achtergrond, tusschen de twee
zuilen, ziet men een knecht of bode.

Het geheel is, vooral nu het in zijn oorspronkelijk milieu — al is dit ook door
de tijden wat veranderd — is gebleven, een uitermate sterk sprekende herinnering aan het
energiek geslacht, dat in de moeilijke tijden, die de Overwaard toen in den strijd tegen
het water doormaakte, krachtdadig voor het welzijn van dien polder zorgde. Het is boven-
dien ook belangrijk genoeg om er hier de aandacht op te vestigen als een der weinige
portretgroepen van waterschapsbesturen uit dien tijd. Den bestuurderen van het Waterschap
zal ieder kunstliefhebber dankbaar zijn, nu zij, door hun secretaris gewaarschuwd, intijds
deskundig advies deden inwinnen en de schilderij door bekwame handen voor een zekeren
ondergang deden bewaren.

Den Haag, Juli 1908. W. MARTIN.

□ □ □
□ □



174
 
Annotationen