Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 10.1917

DOI Heft:
[Nr. 2]
DOI Artikel:
Peters, C. H.: Oud - Groningen, [1]
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19806#0115

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
De 20.25 M. lange gevel staande aan de noord-zijde der Spilsluisen, met zijn
achttien vensters op de verdieping, elk dezer breed 0.70 hoog 2.85 M., alle door een half
ronden boog en een gebeeldhouwde schelp gedekt, toont geheel hetzelfde karakter als
evengenoemde gevel, bezit nog den uit het midden opgaanden topgevel, doch mist gelijk-
straats helaas zijn vroegere vensters (zie afb. 37).

Op het eigenaardigst komt die zelfde venster-vorm met schelp-afdekking voor in
een gevel te Emden, zie afb. 39, welke stad in menig opzicht de Groninger architectuur
volgde; door bijna algeheelen overgang der dammen in zandsteen stijlen, vormen de
vensters van dezen gevel als het ware een aanééngesloten groep.

In en na de tweede helft der XVIIde eeuw wordt echter, met behoud van den
smallen venstervorm, alles eenvoudiger, zie afb. 41.

Afb. 29, 38—40 en 42—44. — Gevels met breedere vensters.

Terzelfdertijd van de smal-vensterige bouwde men echter in de stad ook gevels
met breedere en met kruisvensters, zooals die van het Collecte Huijs en zooals het drie-
vensterige geveltje met elegant gebeitelden zandsteenen top in de Poele-straat, met zijn
fronton en cherubijn-bekroning, zie afb. 40 en zooals de deftige gevel aan de Osse-markt
(afb. 38), breed 15.35 M., met zeven vensters, elk in den dag 1.35 bij 3.20 M., op de
bovenverdieping, de vensters met schelpen en zandsteenen dekboog, en het geheel met
zandsteenen banden, doch zonder cordon, welke anders tot heden zelden ontbreekt. Uit
het midden van den gevel gaat op een topgevel met rijk gebeitelde bekroning en een
wapenschild en windvaan vasthoudende leeuw; op het boven- en onder-fries van dien
topgevel staat geschreven:

»Hij heeft wel geboijt,

Wie op Godt vertroijt —

Godt geve dat ick hier in Vrede schuijlen mach,

En also ontgaen des Werelts Donderslach.”

In plaats van schelpen zijn in de timpans der beide smalle topgevel-vensters cherubijnen
gebeiteld.

Het eenvoudige doch smaakvolle trap-geveltje (afb. 29) van A°. 1660, breed
14.20 M., hoog slechts ééne verdieping, staande aan de zuidzijde van het Martini-kerkhof,
toont reeds duidelijk eene verandering in opvatting en behandeling, ’t geen minder sterk
spreekt in den met schelp-vensters voorziene gevel, (afb. 42) staande in de Heere-straat
met zijn streng belijnden topgevel, terwijl de 8.30 M. breede gevel in de Kijk-in ’t Jatstraat,
(afb. 43) toont, hoe door een gepast geplaatste en goed opgeloste topgevel, aan een
bescheiden gebouw, met weinig kosten een bizonder karakter en afmeting is te geven.

De beide zandsteenen beelden, op (afb. 44) voorgesteld, zijn afkomstig van een

103
 
Annotationen