als rustig behandeld, zich van de overige gevels slechts onderscheidend door de rozet-
venstertjes onder hare 0.66 M. breede en 5.20 M. hooge vensters. Smalle, slechts weinig
versnijdende pilasters (contreforten kan men ze bezwaarlijk noemen) toonen van buiten
de travée-verdeeling aan, het omloopend boogfries onderbrekend; de nissen buiten ter
weerszijden der vensters aangebracht zijn met verschillend baksteen-vlechtwerk versierd.
In de jaren 1905 en 1906 gerestaureerd, is zij sedert 28 April 1907 weder in
Afb. 33. Kloosterkerk te ter Apel, bovengedeelte van het priester-gestoelte.
dienst en in eere hersteld. Vóórdien was haar toestand jaren lang hoogst treurig,
erbarmelijk zelfs. Hare gewelven met hun gordel-bogen waren alle uitgebroken en
vervangen door een 2.50 M lager liggend planken-plafond, hare cement-tegel bevloering
lag 0.70 M. hooger dan hare eerste of oudste bevloering, alle verhouding en vorm was
er daardoor uit; groote gegoten ijzeren ramen vervingen sedert 1855 de smalle vroegere
vensters, de westgevel reeds lang mishandeld was eindelijk bepleisterd, het boogfries
onder het dakoverstek afgekapt en door ijzeren goten vervangen, hare zijmuren waren
2.■vs *1'
176
venstertjes onder hare 0.66 M. breede en 5.20 M. hooge vensters. Smalle, slechts weinig
versnijdende pilasters (contreforten kan men ze bezwaarlijk noemen) toonen van buiten
de travée-verdeeling aan, het omloopend boogfries onderbrekend; de nissen buiten ter
weerszijden der vensters aangebracht zijn met verschillend baksteen-vlechtwerk versierd.
In de jaren 1905 en 1906 gerestaureerd, is zij sedert 28 April 1907 weder in
Afb. 33. Kloosterkerk te ter Apel, bovengedeelte van het priester-gestoelte.
dienst en in eere hersteld. Vóórdien was haar toestand jaren lang hoogst treurig,
erbarmelijk zelfs. Hare gewelven met hun gordel-bogen waren alle uitgebroken en
vervangen door een 2.50 M lager liggend planken-plafond, hare cement-tegel bevloering
lag 0.70 M. hooger dan hare eerste of oudste bevloering, alle verhouding en vorm was
er daardoor uit; groote gegoten ijzeren ramen vervingen sedert 1855 de smalle vroegere
vensters, de westgevel reeds lang mishandeld was eindelijk bepleisterd, het boogfries
onder het dakoverstek afgekapt en door ijzeren goten vervangen, hare zijmuren waren
2.■vs *1'
176