Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Bredius, Abraham [Bearb.]
Künstlerinventare: Urkunden zur Geschichte der holländischen Kunst des XVIten, XVIIten und XVIIIten Jahrhunderts (Band 1) — Haag, 1915

DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.33476#0297

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
VINCENTIUS.

279

Inventaris van de goederen bezeten door Hendrik Bierman en
wylen zijn huysvrouw Anna Margareta Gunters, in haar leven
eerder weduwe van den Heer Daniel Vincentius, op den 23
Oct. 1740 overleden (n. I. Anna Margareta Gunters) en door
hem Hendrik Bierman opgegeven aan Weesmeesteren als voogden
over de zes nagelaten minderjarige kinderen van Anna Margareta
Gunters verwekt by Daniel Vincentius met naamen:

Elisabeth Vincentius oud 15 1/ 2 jaar

Maria
Daniel !)
Fieter
Willem
Simon 2 3)

11

9

7

4

2

ö

10

7

7

6

maanden

(1) . 4) Een slapend vrouwe beeld door Johan de Baan.

(2) . Twee kindertjes spelende met bloemen en vrugten, door

denselven.

(3) . Een vrouwe portrait, door den vermaarden Italiaenschen

meester Belgrino 5).

(4) . Twee singende door Frans Hals.

(5) . Een drinkent paeretje (Pferd) met meer bywerk door

P. Potter.

(6) . Een dito met een geytje (Ziege) grasende, door denselven.

(7) . Een stukje verbeeldende een boere dorp vol viguuren op

een kopere plaat geschildert door Carel Emanuel Biset.

(8) . Een dito zijnde de Weerga (Gegenstiick) door denselven.

(9) . Een slapende Venus door Le Blon 6).

1) G-etauft am 31. Dez. 1730 in der Klosterkerk im Haag.

2) G-etauft am 11. April 1738.

3) Einer dieser Söhne — es 'Vjird kein Vorname genannt — wurde am
2. April 1766 als meesterszoon in die Haagsche Schildersconfrerie einge-
schrieben. (Vergh Obreens Archief V. S. 161).

4) Die in () heigefiigte Nummerierung ist im Original nicht vorhanden.

5) Antonio Pellegrino, 1674—1741, der u. A. die Deckengemälde im
Mauritshuis, in Castle Howard, dem Schlosse des Earl of Carlisle,
in der Bibliothek in Dresden usw. malte und s.Z. hoch bezahlt wurde
(vergl. Nagler). Er reiste viel herum und arbeitete aucli im Haag.

6) Chr. le Blon, über den van Gool eingehend berichtet. Um diese
Zeit wurden seine Bilder sehr hoch bezahlt.
 
Annotationen