gront is verplettert; het verder gedeelte is wel eenighsins beschadigt — dan, kan geret
ende wederom in staet gebracht worde met een muer aen het open oft westeynde te maken,
en also de kercke in te corten oft te verminderen, waertoe de regenten, soo het schijnt,
oock genegen sijn om costen voor te comen." 24 Januari d. a. v. kon Van Beek nog aan
het kapittel berichten, dat de groote klok ongeschonden van onder het puin was te voor-
schijn gebrachtJ).
Zoo was dan nu heel het schip der hallenkerk verwoest en dienden alleen nog maar
de drie beuken van het choor als kerk. Gelijk Van Goor (blz. 388) berichtte : »Door de
ongelucken des tijds legt dezelve nog voor een ge-
deelte vervallen met den toren, die, in 'tjaar 1733
[lees: 1732], gansch ingestort is. De Godsdienst wordt
thans verricht in het koor".
In 1771 heeft men een nieuwen toren gebouwd,
welks oostelijke, overhoeksche beeren door muren
werden verbonden aan de westelijke zuilen van het
middenschipschoor (zie af b. 9). De sluitsteen van den
rondboog, die den westelijken ingang van dezen,
8.20 M. in het vierkant metenden, toren overspant,
vertoont het jaartal 1771, en een paar hardsteenen
platen, in zijne westelijke beeren ingemetseld, dragen
de opschriften: dirk heyting zoon van hermanus
heyting van den hoogh schouthet deeser vrijheid
etten'2) heeft aan dezen toren den eersten steen
gelegd den 18 April 1771 en:
Q. F. S. F. Q. philippus gulielmus schonck serenis.
arausior. princip. gulielmi v architectus inventor
hanc turrim delineavit structurae praeeuit 1771.
17 September 1772, bij gelegenheid van den
Doop van den Erfprins van Oranje, werden voor het . r, „ , , , . , , , .
v v J Afb. 10. Preekstoel in de kerk te Etten.
eerst de klokken in den nieuwen toren geluid ,!).
Verrijk's teekeningen uit 1778 en die van eenen onbekende uit + 1780 geven de
kerk in dezen toestand te aanschouwen. Zij zou echter nog verder worden verminkt.
Voor de uiterst-kleine Hervormde Gemeente van Etten waren eigenlijk ook de drie
choren nog te ruim. Ik weet niet hoe groot haar zielental was omstreeks 1800 '), maar in
1) De aangehaalde brieven zijn uitgegeven door Habets, in Sassen's »Tijdschrift", II, kol. 130 vv.
2) Onder dit woord is nog een »repentir" van den steenhouwer, het woord »toren" te lezen.
Volgens een door Habets (t. a. p.) medegedeelde aanteekening zou de eerste steenlegging op 11 April
zijn geschied. 3) Habets, t. a. p., kol. 129.
4) Bachiene zegt in het in 1791 verschenen vierde deel zijner »Vaderlandsche Geographie (blz. 781),
dat de Hervormden van Etten »eene taamlijke gemeente uitmaken".
221
ende wederom in staet gebracht worde met een muer aen het open oft westeynde te maken,
en also de kercke in te corten oft te verminderen, waertoe de regenten, soo het schijnt,
oock genegen sijn om costen voor te comen." 24 Januari d. a. v. kon Van Beek nog aan
het kapittel berichten, dat de groote klok ongeschonden van onder het puin was te voor-
schijn gebrachtJ).
Zoo was dan nu heel het schip der hallenkerk verwoest en dienden alleen nog maar
de drie beuken van het choor als kerk. Gelijk Van Goor (blz. 388) berichtte : »Door de
ongelucken des tijds legt dezelve nog voor een ge-
deelte vervallen met den toren, die, in 'tjaar 1733
[lees: 1732], gansch ingestort is. De Godsdienst wordt
thans verricht in het koor".
In 1771 heeft men een nieuwen toren gebouwd,
welks oostelijke, overhoeksche beeren door muren
werden verbonden aan de westelijke zuilen van het
middenschipschoor (zie af b. 9). De sluitsteen van den
rondboog, die den westelijken ingang van dezen,
8.20 M. in het vierkant metenden, toren overspant,
vertoont het jaartal 1771, en een paar hardsteenen
platen, in zijne westelijke beeren ingemetseld, dragen
de opschriften: dirk heyting zoon van hermanus
heyting van den hoogh schouthet deeser vrijheid
etten'2) heeft aan dezen toren den eersten steen
gelegd den 18 April 1771 en:
Q. F. S. F. Q. philippus gulielmus schonck serenis.
arausior. princip. gulielmi v architectus inventor
hanc turrim delineavit structurae praeeuit 1771.
17 September 1772, bij gelegenheid van den
Doop van den Erfprins van Oranje, werden voor het . r, „ , , , . , , , .
v v J Afb. 10. Preekstoel in de kerk te Etten.
eerst de klokken in den nieuwen toren geluid ,!).
Verrijk's teekeningen uit 1778 en die van eenen onbekende uit + 1780 geven de
kerk in dezen toestand te aanschouwen. Zij zou echter nog verder worden verminkt.
Voor de uiterst-kleine Hervormde Gemeente van Etten waren eigenlijk ook de drie
choren nog te ruim. Ik weet niet hoe groot haar zielental was omstreeks 1800 '), maar in
1) De aangehaalde brieven zijn uitgegeven door Habets, in Sassen's »Tijdschrift", II, kol. 130 vv.
2) Onder dit woord is nog een »repentir" van den steenhouwer, het woord »toren" te lezen.
Volgens een door Habets (t. a. p.) medegedeelde aanteekening zou de eerste steenlegging op 11 April
zijn geschied. 3) Habets, t. a. p., kol. 129.
4) Bachiene zegt in het in 1791 verschenen vierde deel zijner »Vaderlandsche Geographie (blz. 781),
dat de Hervormden van Etten »eene taamlijke gemeente uitmaken".
221