Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Hinweis: Ihre bisherige Sitzung ist abgelaufen. Sie arbeiten in einer neuen Sitzung weiter.
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 3.1910

DOI Heft:
Nr. 6
DOI Artikel:
Korte mededeelingen
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19799#0248

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
dit wel blijkt, kan volgens Gedeputeerden de provincie gaan overwegen of het hier geldt
een historisch of kunstmonument, waarvan de restauratie als zoodanig in aanmerking
behoort te komen voor hulp, ook vanwege de provincie.

Zierikzee. — Vandalisme. In het »Bouwk. Weekbl." deelt de gemeente-architect, de
heer C. Zwartbol, een geval mede, waarin koppig onverstand de oorzaak was van de
verminking van den typischen Oud-Hollandschen geveltop der vrijmetselaarsloge »de Ster
in het Oosten".

De noodzakelijke vernieuwing van het oorspronkelijke kruisraam zou geschieden
door het te vervangen door een ordinair keukenraam. De gemeente-architect bewoog de
meerderheid van het Logebestuur het kruisraam in den ouden vorm te vernieuwen en bracht
de meerdere kosten ad ƒ25 bijeen. Alles tevergeefs. Een lid der minderheid — «rustend
kleermaker, dus ongetwijfeld bevoegd deskundige" — wist ten slotte toch het keukenraam
door te drijven.

Van zulke kinkels is het behoud onzer oude gebouwtjes en typische stadsgezichten
slechts al te vaak afhankelijk. Zij achtten de zaak van te gering belang om er meer dan
bepaald noodig was aan uit te geven en waren daarbij ineens tot de ontdekking gekomen
dat zij geen geld van anderen wenschten te aanvaarden. Mitsdien zou de oude top door
een »modern" raam worden ontsierd. Het was mogelijk wel voor het eerst in hun leven
dat de heeren iets »moderns" wilden. Het betreft hier nu weliswaar geen beroemd monument,
geen bouwwerk van verrassende schoonheid en architektonische waarde. Maar het geval is
teekenend en eene aansporing meer voor de spoedige totstandkoming van wettelijke maatregelen.

Vereenigingen.

Arnhemsch Genootschap van Oudheidkunde. — Men schrijft ons uit Arnhem:

Eenige maanden geleden is hier ter stede opgericht een «Arnhemsch Genootschap
van Oudheidkunde, goedgekeurd bij koninklijk besluit van 28 Juli 1910".

Het doel van het genootschap is, om aan het licht te brengen en voor vernietiging
te behoeden, wat in Arnhem en omstreken aan oudheidkundige voorwerpen aangetroffen
wordt. Het genootschap stelt zich verder ten doel om afbeeldingen van merkwaardige
gebouwen of stadsgedeelten, kaarten, portretten, munten, kleedingstukken, aardewerk, door
schenking of aankoop te verwerven. Zij wenscht daarbij geenszins op te treden als mede-
dingster van het stedelijk museum, maar integendeel de in haar bezit gekomen voorwerpen
aan deze inrichting af te staan en als bemiddelaarster tusschen deze en het publiek op treden.

Op de vergaderingen zullen oudheden getoond en besproken worden. Het genootschap
stelt zich verder voor, het bevorderen van oudheidkundige tentoonstellingen. Het hoopt de
leden in staat te stellen merkwaardige gebouwen en particuliere verzamelingen te bezichtigen.
Een verzameling zal worden aangelegd van geschriften, betreffende de geschiedenis en
oudheidkunde van Arnhem, ook zullen lezingen gehouden worden. Voorzitter van de
nieuwe vereeniging is de heer H. Portheine Jr., 1ste secretaris de heer P. J. Manikus.

236
 
Annotationen