Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 10.1917

DOI Heft:
[Nr. 5]
DOI Artikel:
Haslinghuis, Edward Johannes: De Jaarvergadering te Groningen
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19806#0216

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
studie-prijsvragen geldende regels, wordt aan het bestuur in overweging gegeven zich voor
het uitschrijven dezer prijsvraag in verbinding te stellen, met het Genootschap Architectura,
de Maatschappij van Bouwkunst en den bond Heemschut.

Als niemand meer het woord verlangt, sluit de voorzitter de vergadering.

De regelingscommissie verdient wel een dankbetuiging voor de uitnemende wijze,
waarop zij ook den tweeden dag belangwekkend wist te maken. Begunstigend door
uitstekend weer vertrokken de deelnemers per trein naar het station Bedum. Hier stonden
een vijftal lange brikken of’ janplezier’s klaar, die het gezelschap langs het Boterdiep
en Bedum naar Middelstum voerden. Het Groningsche landschap het zich op zijn mooist
zien onder prachtige wolkenluchten. Te Middelstum ontving de Hervormde kerk het
bezoek met blij klokkespel en zware orgelklanken. Geruimen tijd toefde men in deze kruis-
kerk met haar gewelfschilderingen, haar rijk gesneden preekstoel en heerenbank, waarop de
adeltrots der Lewe’s van Ewsum zich wel wat luide uitspreekt in wapens en monogrammen.
Van gansch anderen geest getuigt de in steen gehouwen hulde door den vicaris Egbert
aan Maria gebracht!

Langs een reeks van welvarende boerderijen, en hier en daar een uitspanning met
het in deze streek gebruikelijke »doorrid” boven de deuren, leidde de weg naar Stedum.
Van de Groningsche baksteen-architectuur bleek dit wel het meest interessante der
specimina, die men dezen dag te zien kreeg. «Sightseeing” met een talrijk gezelschap
is niet de gunstigste omstandigheid om de stemming van een kerkgebouw te ondergaan,
maar hier, onder deze hoog-koepelige schaduwrijke gewelven, kwamen, ondanks nog andere
storende factoren, de meeste bezoekers toch wel onder een indruk, die het gevolg geweest
moet zijn van de meesterlijke behandeling der ruimte en hare omsluiting door den
onbekenden 13de eeuwschen bouwmeester. Ook hier echter weer sterke contrasten, want
in het choor laten de groote lichten, onder het bewegelijk stergewelf, wel een zeer koelen
dag schijnen op de beroemde graftombe van Verhuist.

Omstreeks half-een aankomst te Loppersum, waar, na bezichtiging van de oude
kerk en het praalgraf van Ripperda, een eenvoudig noenmaal verorberd werd. En toen
ging het weer verder, langs Zeerijp met zijn zonderling geplaatsten toren, en langs
Leermens naar de terp te Wierhuizen. Prof. van Bemmelen en Dr. van Giffen namen
hier de honneurs waar en leidden ons rond door de primitieve woningen, die onze
verbeelding op grond, ja letterlijk, van een aantal fundamentgreppels op te trekken had.
Interessant was het betoog van Dr. van Giffen, dat deze oerbevolkingen aanvankelijk
niet, zooals meestal aangenomen werd, op hoogten gevestigd waren, maar zich van
lieverlede naar boven gewoond hadden, waar bijkwam, dat tengevolge van verandering
in het waterpeil een algemeene ophooging van het land noodig was. Het laatste stuk
in den tocht geschiedde, als het eerste, per tram, en reeds zeer spoedig na de aankomst
te Groningen zaten de deelnemers weer aan den gemeenschappelijken disch, maar thans
met eenige gasten vermeerderd, n.1. Z. E. den Commissaris der Koningin, Mr. Geertsema,

204
 
Annotationen