Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]: Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond (2.Ser. 12.1919)

Voor het doen van eenige zeer noodzakelijke herstellingen, alsmede voor omrastering,
onderhoud, enz. zullen fondsen beschikbaar worden gesteld. Het fort Orange (1607), dat
nog een bezetting heeft, wordt onderhouden door de Genie.

□ KORTE MEDEDEELINGEN. □

Rijkscommissie voor het museumwezen. — Bij Kon. Besluit is:

1°. ingesteld een Rijkscommissie van advies in zake reorganisatie van het museum-
wezen hier te lande;

2°. aan deze commissie opgedragen:

a. na te gaan, wat in het algemeen ontbreekt aan de organisatie van het museum-
wezen hier te lande, en in het bijzonder wat verberering behoeft ten aanzien van: het
samenstel, de werking, inrichting en leiding van de musea van geschiedenis en kunst,
voornamelijk van de Rijksmusea, de onderlinge verhouding van die instellingen en de
opleiding van de a.s. museumambtenaren;

b. van hare werkzaamheden en bevindingen aan de Koningin rapport uit te brengen
en Voorstellen ter verbetering te doen;

3°. bepaald, dat het den leden, wier gevoelen van dat der meerderheid afwijkt,
zal vrijstaan van dat afwijkende gevoelen te doen blijken bij afzonderlijk rapport, hetwelk
te gelijk met dat der commissie aan de Koningin zal worden aangeboden;

4°. aan de commissie de bevoegdheid verleend, zich zoo noodig door deskundigen
te doen voorlichten en dezen als adviseerend lid tot de vergaderingen toe te laten;

5°. benoemd: tot lid en voorzitter Mr. M< I. Duparc en tot leden de verschillende
directeuren van de Rijksmusea en de leden van de Bondscommissie benevens de H.H.
S. de Clercq, architect, C. G. ’t Hooft, A. W. M. Mensing, T. B. Roorda, Prof. Jhr.
Dr. J. Six en F. Schmidt Degener.

Aan de commissie is als secretaris toegevoegd de heer P. Visser, commies bij de
afd. K. en W.

Sinte-Catharinakerk van den Briel. — Dezer dagen is men gereed gekomen met
het reusachtig kruisgewelf, dat onder den toren is aangebracht. Het steigerwerk is verwijderd.

Gemeld gewelf, waarvan de diagonalen van hoekpunt tot hoekpunt een lengte
van 12.80 M. bereiken, bestaat uit een middenstuk van 2 M., vier stuks gebeeldhouwde
knooppunten, met acht stuks aanzetten en verdere werken. Het geheel heeft een belasting
van 22 duizend K.G.

De ontwerpen zijn van den Rotterdamschen architect den heer Jac. van Gils,
terwijl de uitvoering geschiedde onder de voortdurende leiding van den Heer H. Goossens,
gemeente-architect van den Briel, sedert het jaar 1894 aan de restauratie van toren en
kerk verbonden. N. R. Ct., 29 Dec. Ocht.bl.

44