Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 12.1919

DOI Heft:
[Nr. 5]
DOI Artikel:
Hudig, Ferrand W.: Aanwinsten van het Nederlandsch Museum voor Geschiedenis en Kunst
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19838#0204

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
AANWINSTEN VAN HET NEDERLANDSCH MUSEUM VOOR
GESCHIEDENIS EN KUNST.

De eerste aanwinsten van dit jaar zijn vooral aan de afdeeling ceramiek ten goede
gekomen. Er is werk bij van allerlei aard en uit verschillende tijden, dat moeilijk in een
adem opgesomd kan worden. Ik stel mij daarom voor het in groepen te behandelen. Dat
daarbij ter wille van een duidelijk overzicht eenige algemeen bekende feiten nog eens
kort worden belicht, zal men willen verontschuldigen.

I.

De belangrijke collectie aardewerk uit Limburg, door Dr. Willemse uit Terwinselen

ten geschenke aangeboden, werd reeds uit-
voerig door hem zelf in »Oude Kunst”
(1918 en 1919) besproken. Vooral merk-
waardig zijn hierbij de bontversierde schotels
van een soort, dat vroeger algemeen als
»Makkumsch” in den handel bekend was.
Ruw pottenbakkerswerk, van voren met
witte tinglazuur, aan de achterzijde uit-
sluitend met kleurlooze loodglazuur bedekt,
geheel op dezelfde wijze als de oudere
borden en schotels, die thans aan fabrieken
in Haarlem en Rotterdam worden toege-
schreven. Daar uit de navorschingen van
Dr. Willemse met vrij groote zekerheid
blijkt, dat men in dit geval met een Lim-
burgsch fabrikaat te doen heeft, zal, mede
in verband met hetgeen hieromtrent door
Nanne Ottema is vastgesteld (Oude Kunst,
1918), de conclusie moeten zijn, dat deze
techniek door het geheele land bekend was en niet tot enkele locale fabrieken beperkt
bleef. Als specialiteit van Friesland (Makkum, Harlingen of Bolsward) blijft nu alleen
het hard-blauwe, geheel met tinglazuur gedekte aardewerk over, waarvan in het Nederlandsch
Museum al gedateerde stukken aanwezig waren, nu door bruikleen nog met eenige uit-
stekende gedateerde en gemerkte exemplaren vermeerderd.

Reeds van verschillende zijden is er op gewezen, dat het zoogenaamd Haarlemsch
aardewerk met zijn duidelijk Italiaansche teekening ook in Engeland niet zeldzaam is.
Men kan als zeker aannemen, dat ook daar in de 17de eeuw fabrieken bestonden, die
soortgelijk werk maakten. Of nu de voorbeelden direct uit Italië of over Nederland
kwamen is nog niet opgehelderd, maar vast staat, dat het Nederlandsche en Engelsche
fabrikaat nauw aan elkaar verwant is. Zoo vertoont de uit Engeland afkomstige schotel (fig. 1),

194
 
Annotationen