DOI Heft:
[Nr. 1]
DOI Artikel:Oficieele berichten
DOI Seite / Zitierlink: https://doi.org/10.11588/diglit.19838#0060
Naar aanleiding van de in deze aflevering opgenomen vragenlijst met toelichting
betreffende de bescherming van monumenten in oorlogsgevaar herinneren wij er aan, dat
deze stukken reeds in October 1918 bij het bestuur zijn ingekomen en vóór het einde
dier maand aan den Minister toegezonden, dus vóór den tijd, dat berichten over den te
verwachten wapenstilstand inkwamen. De machtiging tot het openbaar maken van vragenlijst
en toelichting werd verkregen na het ter perse gaan der laatste aflevering van het
Bulletin — 1918.
De Minister achtte thans het tijdstip niet gunstig om zich tot de regeeringen te wenden.
Overeenkomstig een door den Minister uitgedrukten wensch, neemt het bestuur
nu maatregelen om de oudheidkundige vereenigingen in het buitenland met de vragenlijst
in kennis te stellen.
De Secretaris,
E. J. Haslinghuis.
Personalia.
Bij Kon. Besluit van 20 December is, met ingang van 1 Januari, Prof. Dr. A. H.
J. Holwerda op zijn verzoek eervol ontheven van het beheer van ’s Rijks Museum van
Oudheden te Leiden, en is benoemd tot directeur van voornoemd Museum: Dr. J. H. Holwerda,
thans onderdirecteur.
Tot assistente aan het Nederlandsch Museum is benoemd Mej. Dr. E. van der
Looy van der Leeuw, in hare plaats is Mej. I. Blok benoemd tot assistente aan het
Rijks Prentenkabinet te Amsterdam.
Bij Kon. Besluit van 18 Januari is benoemd tot Voorzitter van de afdeeling B
der Rijkscommissie voor de Monumentenzorg het lid dier Commissie Mr. S. Gratama,
Vice-President van den Hoogen Raad der Nederlanden, te ’s-Gravenhage.
Met ingang van 1 Februari is op zijn verzoek aan den Heer A. J. M. Mulder
eervol ontslag verleend als Onder-directeur bij het Rijksbureau voor Monumentenzorg.
□ □ □
■v
50
betreffende de bescherming van monumenten in oorlogsgevaar herinneren wij er aan, dat
deze stukken reeds in October 1918 bij het bestuur zijn ingekomen en vóór het einde
dier maand aan den Minister toegezonden, dus vóór den tijd, dat berichten over den te
verwachten wapenstilstand inkwamen. De machtiging tot het openbaar maken van vragenlijst
en toelichting werd verkregen na het ter perse gaan der laatste aflevering van het
Bulletin — 1918.
De Minister achtte thans het tijdstip niet gunstig om zich tot de regeeringen te wenden.
Overeenkomstig een door den Minister uitgedrukten wensch, neemt het bestuur
nu maatregelen om de oudheidkundige vereenigingen in het buitenland met de vragenlijst
in kennis te stellen.
De Secretaris,
E. J. Haslinghuis.
Personalia.
Bij Kon. Besluit van 20 December is, met ingang van 1 Januari, Prof. Dr. A. H.
J. Holwerda op zijn verzoek eervol ontheven van het beheer van ’s Rijks Museum van
Oudheden te Leiden, en is benoemd tot directeur van voornoemd Museum: Dr. J. H. Holwerda,
thans onderdirecteur.
Tot assistente aan het Nederlandsch Museum is benoemd Mej. Dr. E. van der
Looy van der Leeuw, in hare plaats is Mej. I. Blok benoemd tot assistente aan het
Rijks Prentenkabinet te Amsterdam.
Bij Kon. Besluit van 18 Januari is benoemd tot Voorzitter van de afdeeling B
der Rijkscommissie voor de Monumentenzorg het lid dier Commissie Mr. S. Gratama,
Vice-President van den Hoogen Raad der Nederlanden, te ’s-Gravenhage.
Met ingang van 1 Februari is op zijn verzoek aan den Heer A. J. M. Mulder
eervol ontslag verleend als Onder-directeur bij het Rijksbureau voor Monumentenzorg.
□ □ □
■v
50