DOI Heft:
[Nr. 5]
DOI Artikel:Verslagen
DOI Seite / Zitierlink: https://doi.org/10.11588/diglit.19838#0227
werden door de firma J. A. Hesterman &. Zonen te Amsterdam gerestaureerd, terwijl
ook een deel der prentverzameling, waarvan vooral een aantal etsen door stof en vocht
veel geleden hadden, werden schoongemaakt en van nieuw opzetpapier voorzien. De
aanwinsten bepaalden zich tot een paar antieke kindermutsjes, een schilderij door Tinus
de Jongh, de Waag met kaasmarkt voorstellende, en een aantal meest moderne prenten,
gezichten uit de stad en hare omstreken. De bibliotheek ontving, vooral uit de nalatenschap
van Mr. N. H. de Lange, een groot aantal boeken en brochures.
Verslag betreffende het Archief en het Museum van ’s-Hertogenbosch over 1918. —
Met een aantal archivalia van de gemeente Orthen, eenige 18de eeuwsche gravures,
gezichten op ’s-Hertogenbosch en omstreken voorstellende, werd het Archief verrijkt,
terwijl een aantal boeken, meest vervolgwerken en op de stad en omgeving betrekking
hebbende, de bibliotheek kwamen uitbreiden. Het Museum werd met een aantal 18de
eeuwsche Bossche stadhuispenningen, leg- en gildepenningen vermeerderd.
Verslag van de Commissie ter verzekering eener goede bewaring van gedenkstukken
van geschiedenis en kunst te Nijmegen over de jaren 1917 en 1918. — De verslagen over
de jaren 1917 en 1918 zijn te gelijk verschenen, als voornaamste aanwinsten vermelden
wij een klok-urn van geelbruine aarde onder St. Anna bij het grindgraven voor den dag
gekomen, een Romeinschen wrijfschaal van roode aarde in de stad opgegraven, twee
marmeren borstbeelden, afkomstig van de hekpilaren van een villa te Hees. Van belang
is verder een oud Romeinsch lampje van lood vervaardigd, zooals tot dusverre in de
buurt van Nijmegen nog niet was gevonden, het werd op een terrein aan den Hunerberg
opgegraven. Een viertal penningen op den vrede te Nijmegen in 1679 gesloten, uit de
verzameling van Dijk van Matenesse aangekocht, kwamen de munt- en penningverzameling
verrijken, terwijl de museum-bibliotheek met een aantal museumverslagen en met de
gewone vervolgwerken werd uitgebreid.
De vocht gaf de beide jaren aanleiding tot klachten en noodzaakte in 1918 om
althans een gedeelte van het museum te verwarmen, dat overigens in de wintermaanden
gesloten bleef.
»Op voorstel van den gemeente-archivaris werden uit de gemeentebibliotheek
eenige handschriften betreffende het gildewezen naar de Museumbibliotheek overgebracht.
Hiermede zijn alle archieven der Nijmeegsche gilden — voor zoover nog bestaande —
in ééne verzameling vereenigd.” Aldus het verslag. Die aanwinsten worden in het verslag
verder niet omschreven en men denkt dus onwillekeurig aan een lapsus, m. a. w. dat die
handschriften niet uit, maar naar het archief zijn overgebracht. In elk geval zouden zij
daar beter op hun plaats zijn dan in het museum.
Verslag van het Museum van Oudheden te Rotterdam over 1918. — Dit museum
verkreeg in het afgeloopen jaar eenige zeer belangrijke tegel-tableaux, meerendeels in het
217
ook een deel der prentverzameling, waarvan vooral een aantal etsen door stof en vocht
veel geleden hadden, werden schoongemaakt en van nieuw opzetpapier voorzien. De
aanwinsten bepaalden zich tot een paar antieke kindermutsjes, een schilderij door Tinus
de Jongh, de Waag met kaasmarkt voorstellende, en een aantal meest moderne prenten,
gezichten uit de stad en hare omstreken. De bibliotheek ontving, vooral uit de nalatenschap
van Mr. N. H. de Lange, een groot aantal boeken en brochures.
Verslag betreffende het Archief en het Museum van ’s-Hertogenbosch over 1918. —
Met een aantal archivalia van de gemeente Orthen, eenige 18de eeuwsche gravures,
gezichten op ’s-Hertogenbosch en omstreken voorstellende, werd het Archief verrijkt,
terwijl een aantal boeken, meest vervolgwerken en op de stad en omgeving betrekking
hebbende, de bibliotheek kwamen uitbreiden. Het Museum werd met een aantal 18de
eeuwsche Bossche stadhuispenningen, leg- en gildepenningen vermeerderd.
Verslag van de Commissie ter verzekering eener goede bewaring van gedenkstukken
van geschiedenis en kunst te Nijmegen over de jaren 1917 en 1918. — De verslagen over
de jaren 1917 en 1918 zijn te gelijk verschenen, als voornaamste aanwinsten vermelden
wij een klok-urn van geelbruine aarde onder St. Anna bij het grindgraven voor den dag
gekomen, een Romeinschen wrijfschaal van roode aarde in de stad opgegraven, twee
marmeren borstbeelden, afkomstig van de hekpilaren van een villa te Hees. Van belang
is verder een oud Romeinsch lampje van lood vervaardigd, zooals tot dusverre in de
buurt van Nijmegen nog niet was gevonden, het werd op een terrein aan den Hunerberg
opgegraven. Een viertal penningen op den vrede te Nijmegen in 1679 gesloten, uit de
verzameling van Dijk van Matenesse aangekocht, kwamen de munt- en penningverzameling
verrijken, terwijl de museum-bibliotheek met een aantal museumverslagen en met de
gewone vervolgwerken werd uitgebreid.
De vocht gaf de beide jaren aanleiding tot klachten en noodzaakte in 1918 om
althans een gedeelte van het museum te verwarmen, dat overigens in de wintermaanden
gesloten bleef.
»Op voorstel van den gemeente-archivaris werden uit de gemeentebibliotheek
eenige handschriften betreffende het gildewezen naar de Museumbibliotheek overgebracht.
Hiermede zijn alle archieven der Nijmeegsche gilden — voor zoover nog bestaande —
in ééne verzameling vereenigd.” Aldus het verslag. Die aanwinsten worden in het verslag
verder niet omschreven en men denkt dus onwillekeurig aan een lapsus, m. a. w. dat die
handschriften niet uit, maar naar het archief zijn overgebracht. In elk geval zouden zij
daar beter op hun plaats zijn dan in het museum.
Verslag van het Museum van Oudheden te Rotterdam over 1918. — Dit museum
verkreeg in het afgeloopen jaar eenige zeer belangrijke tegel-tableaux, meerendeels in het
217