Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 12.1919

DOI Heft:
[Nr. 6]
DOI Artikel:
Boeles, P. C. J. A.: Hindelooper Volkskunst
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19838#0246

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
dekselsluiting, een type dat ook bij .de bewoners van de Oostzeekusten voorkomt en indien
ik mij een, bij een bezoek aan de kamer te Dordrecht, van den heer N. ontvangen
inlichting wel herinner, gevuld met Hindelooper kleedingstukken werd gekocht op de
verkooping van het Hindelooper museum.

Ten aanzien van de in »Oude Kunst” afgebeelde wieg, meen ik de Hindelooper
afkomst te moeten betwijfelen, niet van het losse onderstel, dat er blijkbaar niet bijbehoorde.
Deze wieg, een interessant stuk overigens, is anders beschilderd dan de goed bekende
Hindelooper wiegen, waarvan het Leeuwarder museum eenige fraaie exemplaren bezit.
Met zekerheid zou ik de herkomst niet durven aanduiden. Er komt o.a. een geschilderde
jachtvoorstelling op voor, die aan Ameland doet denken.

In de bij de opening der stichting verschenen werkjes zijn behalve op de plaat,
die een algemeenen kijk geeft op de Hindelooper kamer, vermoedelijk zooals die te
Dordrecht was, geen oude Hindelooper meubelen afgebeeld. Toch dienen tot illustratie
niet minder dan drie platen met Hindelooper meubelen, doch het zijn alle producten der
moderne plaatselijke kunstnijverheid, zonder dat de argelooze lezer met die omstandigheid
in kennis wordt gesteld. Deze afbeeldingen zijn hier o. i. misplaatst en misleidend en
doen in elk geval zien, ook in verband met hetgeen reeds is opgemerkt, dat men in het
actieve Hindeloopen, met zijn badplaats en bloeiende moderne-antieke kunstnijverheid,
bij het beheeren der oudheidkamer steun en toezicht noodig heeft.

Het Provinciaal bestuur, dat zich uiteraard slechts voor de Nijlandstichting kan
interesseeren, zoolang daarmede een wetenschappelijk belang wordt bevorderd, zou een
goed werk kunnen doen door aan de jaarlijksche subsidie eenige voorwaarden te verbinden,
b.v. dat de in het Hindelooper museum te verkoopen gidsen en catalogi vóór den
druk aan Gedeputeerden ter inzage behooren te worden gezonden. De gelegenheid wordt
daardoor geopend om die werkjes aan een deskundig oordeel te onderwerpen. Wij
krijgen dan vanzelf een betrouwbare voorlichting van het publiek omtrent het Friesch-
eigene, dat zich te Hindeloopen op zoo merkwaardige wijze heeft gemanifesteerd. Voorts
stelle men de voorwaarde dat in het Hindelooper museum geen moderne kunstnijverheid
mag worden tentoongesteld en dient in den catalogus vermeld te worden, wat uit de
collectie Nijland afkomstig is en wat niet. Een jaarlijksche inspectie door een museum-
deskundige zou aan het opnieuw toekennen der subsidie vooraf kunnen gaan.

Tot slot een opmerking over den summieren catalogus. Daarin komt een overlevering
voor, die aardig zou zijn, indien zij niet zoo nieuw was. Als No. 2 is toch beschreven:
»een cano, vervaardigd uit walvischhuid, door de stoere schippers van Hindeloopen uit
Ijsland, op hun terugtocht van de walvischvangst als curiositeit huiswaarts gebracht.”
Toevallig herinneren wij ons deze Groenlandsche kajak, die omstreeks het begin van deze
eeuw met stormweer te Hindeloopen kwam aandrijven, daarna aan het Friesch museum
in bruikleen is gegeven en niet lang geleden door het Hindelooper gemeentebestuur werd
teruggevraagd. Hoe snel kunnen de fabelen groeien!

Arnhem, December 1919. Mr. P. C. J. A. BOELES.

236
 
Annotationen