DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.9539#0047
Befchryving des Keizerrijks
44
Men heeft 'er twee prachtige Ka-
pellen : een, met name Sienchin, ge-
sticht door den Keizerlijken Stam
Cheu, ter eere van zekeren krijgs-over-
ste, over het bevechten van een brave
zege aldaer ; hoewel der wijze in het
gevecht gequest , dat hy aenstonts
quam t'overlijden. Aldaer is een
prachtige graf-stede van den zei ven.
'Derde kleine Landjlreke in Xe.
De derde kleine Landtstreke van
X E , leit, volgens schryven der Si-
nesen zelfs , tegen 's vyands invallen
zeer veiligh beschermt : want het is
rontombesloten met bergen, enden
Geelen stroom en vliedt Sin. Het
paekten noorde aen de Landtstreke
Lug.wsu; ten ooste en zuide aen het
Landschap van Honan ; ten wede aen
dcLmdüreke Pingyangsu ; tennoor-
de aen de kleine Landtstreke van
Sin.
Deze Landstreke begrijpt vijf ste- sudm.
den Xe, Caoping, Jangching, Linchuen,
Sinxui; alle gelegen op de vlakte van
dalen: behalve Caoping, welke op den
berg Ranuang gesticht is, met een zeer
lustige uitzicht over d' ondergelegen
dalen. .
Krijgsveftingen.
Het Landschap van Xanfe telt veer-
tien grote krijgsvestingen , omringt
met wallen, en gesticht tot beveiling
van de grote muur en wegen. Eeni-
gen onder deze overtreffen in grote
en volkrijkheit de steden zelfs. De
namen der krijgsvestingen zijn deze:
Gueiyven, Jeuguei, Xoguei, Maye, Vang-
lin, Jangho, Caoxan, Tienching, Chinlu,
Cingyven , Pinglu, Chungtun, Gentung,
Tungxing.
Het derde Landfchap van Xensi.
Grens pu-
ien.
.Nder de Noorder Landt-
| schappen is het Landtschap
van Xensi hetallerweste-
lijkste : want hetspringttot
aen de Koningrijken van Priesier Jan,
Kaskar en Tibet, die alle by de Sinesen
met een algemeinen naem, Si fan ge-
heten worden: strekt ook van 't Noor-
de na 't Weste langs de grens-palen
van Tanyu , een Koningrijk der Tar-
ters, van welk het door de grote muur
endooreenige daer omtrentgestich-
tekrijgs-vestingen afgescheiden wort:
de muur schiec evenwel door het
ganseh Landschap niet : maerkomt
ssechtstot aen d'oeversvandeGeele
reviere : het overige dezes Landt-
schaps, Noort-westwaerts boven de
reviere gelegen, is zonder muur, doch
leid zeer veilig tusschen de dorstige
zandige Woestijn en van Samo, en de
diepe Gele reviere besloten. Dezelve
reviereverstrektook, ten ooste, tus-
schen dit en het Landtschap van Xansi
tot een Grens-pael; zoo dat deze gro-
te reviere by-na de drie zijden dezes
Landschaps uitmaekt: wantdevier-
de, na't zuide, bestaetuit een onop-
houdelijke ry van dikke bergen ; de
scheidpalen tussehen dit Xensi en de
Landlchappen van Honan, Suchuen en
Huquang.
In groote behoeft dit Landtschap Grme.
voor geen van al d'andere van ganseh
Sina te wijken : want het begint in
, 't noorde omtrent op een en veertigh
graden en een halve, noorder breedte,
en eindigt in 't zuide ruim op de vier
en dertigste,een streke van hondert en
twalefduitsche mijlen : is van't ooste
na'twesteaen denoortzijde, opzijn
langste, hondert en vijftigh mijlen:
maer loopt na 't zuide smal toe, tot de
brete van ontrent twee en tncgentigh
mijlen.
Het is een aeloud gewest: naerdien ■Aehuthrf
het van aller geheugenis her, deze-v*nSenr
tel byna van alle Keizeren geweest
is ; te weten van den beginne des Si-
neeschen Rijks, totaen het einde des
stams Han, dat's na de geboorte van
Christus , twee honderd en vier en
zestigjaren. Het is ook, volgens ge-
tuigenis der oudste Sineesche jaer-
boeken,van d' eerste inwoonders van
^««bewoont geworden, die niet lang
daer na , na den algemeinen water-
vloet, van 't weste na 't ooste weken.
Het
44
Men heeft 'er twee prachtige Ka-
pellen : een, met name Sienchin, ge-
sticht door den Keizerlijken Stam
Cheu, ter eere van zekeren krijgs-over-
ste, over het bevechten van een brave
zege aldaer ; hoewel der wijze in het
gevecht gequest , dat hy aenstonts
quam t'overlijden. Aldaer is een
prachtige graf-stede van den zei ven.
'Derde kleine Landjlreke in Xe.
De derde kleine Landtstreke van
X E , leit, volgens schryven der Si-
nesen zelfs , tegen 's vyands invallen
zeer veiligh beschermt : want het is
rontombesloten met bergen, enden
Geelen stroom en vliedt Sin. Het
paekten noorde aen de Landtstreke
Lug.wsu; ten ooste en zuide aen het
Landschap van Honan ; ten wede aen
dcLmdüreke Pingyangsu ; tennoor-
de aen de kleine Landtstreke van
Sin.
Deze Landstreke begrijpt vijf ste- sudm.
den Xe, Caoping, Jangching, Linchuen,
Sinxui; alle gelegen op de vlakte van
dalen: behalve Caoping, welke op den
berg Ranuang gesticht is, met een zeer
lustige uitzicht over d' ondergelegen
dalen. .
Krijgsveftingen.
Het Landschap van Xanfe telt veer-
tien grote krijgsvestingen , omringt
met wallen, en gesticht tot beveiling
van de grote muur en wegen. Eeni-
gen onder deze overtreffen in grote
en volkrijkheit de steden zelfs. De
namen der krijgsvestingen zijn deze:
Gueiyven, Jeuguei, Xoguei, Maye, Vang-
lin, Jangho, Caoxan, Tienching, Chinlu,
Cingyven , Pinglu, Chungtun, Gentung,
Tungxing.
Het derde Landfchap van Xensi.
Grens pu-
ien.
.Nder de Noorder Landt-
| schappen is het Landtschap
van Xensi hetallerweste-
lijkste : want hetspringttot
aen de Koningrijken van Priesier Jan,
Kaskar en Tibet, die alle by de Sinesen
met een algemeinen naem, Si fan ge-
heten worden: strekt ook van 't Noor-
de na 't Weste langs de grens-palen
van Tanyu , een Koningrijk der Tar-
ters, van welk het door de grote muur
endooreenige daer omtrentgestich-
tekrijgs-vestingen afgescheiden wort:
de muur schiec evenwel door het
ganseh Landschap niet : maerkomt
ssechtstot aen d'oeversvandeGeele
reviere : het overige dezes Landt-
schaps, Noort-westwaerts boven de
reviere gelegen, is zonder muur, doch
leid zeer veilig tusschen de dorstige
zandige Woestijn en van Samo, en de
diepe Gele reviere besloten. Dezelve
reviereverstrektook, ten ooste, tus-
schen dit en het Landtschap van Xansi
tot een Grens-pael; zoo dat deze gro-
te reviere by-na de drie zijden dezes
Landschaps uitmaekt: wantdevier-
de, na't zuide, bestaetuit een onop-
houdelijke ry van dikke bergen ; de
scheidpalen tussehen dit Xensi en de
Landlchappen van Honan, Suchuen en
Huquang.
In groote behoeft dit Landtschap Grme.
voor geen van al d'andere van ganseh
Sina te wijken : want het begint in
, 't noorde omtrent op een en veertigh
graden en een halve, noorder breedte,
en eindigt in 't zuide ruim op de vier
en dertigste,een streke van hondert en
twalefduitsche mijlen : is van't ooste
na'twesteaen denoortzijde, opzijn
langste, hondert en vijftigh mijlen:
maer loopt na 't zuide smal toe, tot de
brete van ontrent twee en tncgentigh
mijlen.
Het is een aeloud gewest: naerdien ■Aehuthrf
het van aller geheugenis her, deze-v*nSenr
tel byna van alle Keizeren geweest
is ; te weten van den beginne des Si-
neeschen Rijks, totaen het einde des
stams Han, dat's na de geboorte van
Christus , twee honderd en vier en
zestigjaren. Het is ook, volgens ge-
tuigenis der oudste Sineesche jaer-
boeken,van d' eerste inwoonders van
^««bewoont geworden, die niet lang
daer na , na den algemeinen water-
vloet, van 't weste na 't ooste weken.
Het