Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

De Dietsche warande: tijdschrift voor kunst en Zedegeschiedenis — 3.Ser. 1.1887-1888

DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.24587#0447

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
TEEKEN-, SCHILDER-, PLAATSNIJKUNST, ENZ.

ßfltHiglgtift.

Arti et Amicitice.

E Noord-Nederlanders hebben eene onuitroeibare
zucht naar gezelligheid.

Wandel eens door een der museums van
Amsterdam, den Haag of Rotterdam! Beschouw de
grootste schilders — Jan Steen, Ostade, Teniers, ja
van der Heist, en vele anderen — zij kozen tot onder-

werp. huiselijke tafereelen, gezellige bijeenkomsten,

drinkpartijen, rondedansen, enz.

Terwijl Rubens, van Dyck en vervolgens de Craeyer
de gewijde geschiedenis, of de aristocratie op het doek
brachten, muntten de Holländers uit door hunne binnen-
huizen. Die voorkeur verraadt zieh nog heden. Hoevele
gezelschappen aan de schoone kunst gewijd dragen niet
in hun opschrift de sporen daarvan!

Vroeger bestünden : Blaas- en strijklust, Vriendschap
en toonkunst; heden nog leven Doctrinä et amicitiä, Arti
et amicitice, enz. om slechts van eene enkele stad te
spreken. Men komt gezellig bijeen, en houdt ernstiger
kunstoefening, dan de oude rederijkers dit deden : « Oefe-
ning kweekt kennis. » Men zoekt het onderwijs [doctrinä),
zoowel als de kunst (ars) aan den vriendschappelijken,
burgerlijken omgang te paren.
 
Annotationen