Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 3.1910

DOI Heft:
Nr. 6
DOI Artikel:
Gelder, H. E. van: Een begreigd monument, [1]
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19799#0240

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
boven vlakke strekken met zandsteenen sluit- en hoeksteenen; 3 kelderingangen met
leeuwenkoppen als sluitsteenen in de togen.

De achtergevel doorloopend met doorgetrokken zandsteenen banden met 9 ramen
Dordtsch type met toogvulling van klaverblad en lelie. In de penanten 9 fraaie ankers.
Hiernaast een eenvoudig bijgebouw. Drie kelderingangen met verweerde leeuwenkoppen
als sluitsteenen van de togen."

Zooals men verder uit dat boekje zien kan, is een bouwwerk uit dat tijdvak en zooveel

te meer nog een, dat blijkbaar uit
ruime middelen is gezet, in Dordt
uiterst zeldzaam, terwijl juist in die
stad de toen opkomende Hollandsche
renaissancebouw een typischen en weel-
derigen bloei heeft gekend met iets zeer
eigens, dat uit de enkele fragmenten
tot ons spreken blijft. En zeker uit de
gevels van dit huis. Hoe geschonden
en verwaarloosd ze ook zijn: immers
de meeste toppen der gevels heeft men
voorlang weggebroken, een kelderin-
gang is vernield om een vierkanten
toegang te verkrijgen, het geheel roept
om herstelling, — toch, toch is er die
wonderlijke bekoring van dat rustige,
dat evenwichtige, dat intuitief-artistieke,
waardoor ons juist de Hollandsche
renaissance zoo lief is.

Hierbij voegt zich dan de historie
met haar herinneringen. Zij weet te
verhalen hoe de huizen, later bekend
als de Berckepoovt, gesticht werden door
Jan Berck koopman in Rijnsche wijnen,
De Berckepoort, gevel aan de Nieuwstraat. die zich in den aanvang der 16de eeuw

uit Emmerik in Dordrecht gevestigd
had. De groote, koele kelders getuigen nog van bouwheers beroep, de uitgestrektheid
der huizinge van de welvaart dezer patriciërs. Mathijs Berck volgde weldra zijn vader
op, en hij nam in de Dordtsche samenleving zeker een aanzienlijke plaats in. Wij weten,
dat Bossu hem met een zending belastte, en dat zijn woning ruimte en weelderigheid bood
kan wel blijken uit het feit, dat Alva er in 1572 zijn intrek nam. Ook Alva's bitterste
vijand Lumey, graaf van der Marck betrok het maar weinig maanden later. Aangenamer
gast zeker was in 1575 prins Willem. Den 12de Juni zou zijn huwelijk met Charlotte de

228
 
Annotationen