Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

De Dietsche warande: tijdschrift voor kunst en Zedegeschiedenis — 3.Ser. 1.1887-1888

DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.24587#0695

DWork-Logo
Überblick
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
SCHILDER-, TEEKEN-, PLAATSNIJKUNST, ENZ. 663-

In genoemd portret zijn overigens, volgens een
nauwkeurig onderzoek daarover door den schrijver dezes
gedaan, de onderste deelen, bijzonder de pofmouwen,
een bijvoegsel van lateren tijd, en alleen het gelaat is
van Raffaels eigene hand. De wijze waarop de mouw
aan het kleed bevestigd is, is gemist, en past in ’t geheel
niet in den oorspronkelijken aanleg der beeltenis. Het
portret was waarschijnlijk onafgewerkt en werd door
het penseel eens leerlings, of later, op gebrekkige wijze
voltooid.

Zekere eigenaardige trekken der Madonna vinden
wij ook in de werken van Fra Angelico, Fra Barto-
lomeo, want elke kunstenaar schept uit de opmerkzame
beschouwing der natuur, of wel hij schildert onmogelijke
abstracties. Maar deze natuurstudien moeten door ’s kun-
stenaars scheppenden geest verwerkt en als tot een ver-
heerlijkt ideaal verheven worden. Hij moet het verstaan
datgene wat verachtelijk, smakeloos is af te zonderen,
wanneer hij aan bovennatuurlijke gestalten de hand
legt. Dezen geest, dit wezen der Heiligen heeft Niee-
phorus in eene beschrijving der H. Maagd en der apostelen
Petrus en Paulus in schoone woorden, naar oudere
mededeelingen uitgedrukt, van de apostelen getuigende :
« Zij hadden in hun wezen iets hemelsch, want zij
schenen vol van genade en van den heiligen Geest, zoodat
de geloovigen die hen aanzagen, door dezen enkeien
aanblik geheime genade ontvingen en zieh opgewekt
voelden hun leven te beteren. »

H. E. Heucking (i), een der jongste verklaarders
der Madonna, heeft aangeduid dat « het goddelijk kind
met zijne uitdrukking van zelfbewustzijn en van afge-

(1) Die Sixtinische Madonna, enz. S. Petersburg, 1862.
 
Annotationen