Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

De Dietsche warande: tijdschrift voor kunst en Zedegeschiedenis — 3: 11.1898

DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.26593#0176

DWork-Logo
Überblick
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
164 JULIAAN EN ALBRECHT DE VR1ENDT.

Vriendt, een kans uit duizend, aangewezen te zijn, om
een zaal te versieren als de feesthalle in het Brugsche
Stadhuis, deze perel van veertiendeeuwschen bouwstijl.

Deze feesthalle, — de voormalige Schepen- of Breede
Raadzaal — heeft in Zuid- en Noord-Nederland haar
weerga niet. Zij vertoont den vorm van een langwerpig
vierkant, 21 meter lang op ongeveer negen of tien
breed, en is gedekt met een van de in bouwkunstig
opzicht eigenaardigste en schoonste zolderingen, die men
wel ergens kan aantreffen.

Deze zoldering, — meesterstuk van eenvoud en goe-
den smaak tegelijk, — bestaat uit een soort van dubbele
beuk, in massief eikenhout, geen andere teekenlijn vertoo-
nend dan den zuiverst opgevatten spitsboog. Oplijnend, van
weerszijden, uit de effen gebleven wanden van vóór- en
achtergevel, loopen de bogen te samen in het midden
van de zaal, waar ze, in de ijdele ruimte, eindigen
in vijf gotische, tamelijk kleine kapiteelen, waaronder
men de zuilen zou hebben weggenomen.

In den voorgevel zijn zes smalle, hooge vensters;
in den achtergevel éen groote en drie kleine deuren
en twee of drie, even onder de zoldering, geheel in de
hoogte dus, doorgebroken ramen. Links van dengene, die
van de wandelzaal, beneden, bovenkomt, verrijst de
schoone, gotische schouw; rechts, in den tegenoverstaande»
zijmuur, een dubbele deur tusschen twee nissen in.

In deze zaal nu voert Albrecht de Vriendt niet
minder dan i3 tafereelen met bijwerk. uit, waarvan hij
de kartons, op een derde van de ware grootte berekend,,
tusschen 1890 en 1897 naar verscheiden binnen- en
buitenlandsche tentoonstellingen heeft ingezonden.

Wanneer men — en dit komt mij logisch voor —-
het tafereel, rechts van de gotische schouw, dus, naar
de straatzij toe, beschouwt als nummer éen, dan volgen
 
Annotationen