Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Hinweis: Ihre bisherige Sitzung ist abgelaufen. Sie arbeiten in einer neuen Sitzung weiter.
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 6.1913

DOI Heft:
Nr. 3
DOI Artikel:
Weissman, Adriaan Willem: Oud-Haarlem
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19802#0108

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
Nu volgde, steeds naar het westen, de Groote Houtpoort, die den len Gctober 1824
voor afbraak verkocht werd, en door twee steenen gebouwen en een ijzeren hek werd
vervangen. Men oordeelde dit destijds een belangrijke verfraaiing der stad, en, toen het
werk gereed was, werd door Reekers en Daiwaille daarvan een steenteekening gemaakt.

Maar de klassieke gebouwtjes, ofschoon goed in de omgeving passend, zijn zeker niet
fraaier dan de oude stadspoort. De hooge middentoren met zijn kanteelingen en de vier
hoektorentjes vormden met de schilderachtige aanbouwsels een prachtig geheel. In 1590
was de Groote Houtpoort gebouwd, ter vervanging van een andere, die in 1572 en 1573
wegens haren slechten toestand door de belegerden werd dichtgemaakt.

Het was, alsof de oude poort, die in 1824 gesloopt werd, zich wreken wilde op
de stadsbestuurders, die tot haar verdwijning besloten hadden. Want men liet de poortbrug
bestaan, en deed haar verbreeden. Doch de gewelven dezer verbreeding stortten in, de
daarop reeds geplaatste ijzeren hekken in hun val medesleepende. De bouwmeester maakte
zich uit de voeten. Eerst met veel moeite en kosten werd eindelijk, in het najaar van 1826,
het geheel voltooid zooals wij het thans nog zien, met uitzondering der barrière-hekken,
die in 1869 zijn weggenomen.

Elalverwege de Raamvest stond oudtijds de St. Annentoren, die haar naam ontleende
aan het klooster der H. Anna, dat in de nabijheid stond. Waar wij nu het Wilsonsplein
vinden, verhief zich de Oude Schutterstoren, in wiens verlengde zich in een opening
van den stadsmuur de Raampoort bevond.

Deze poort was in 1610 gebouwd en werd in 1849 gesloopt. De molen in
haar nabijheid is echter pas in 1870 afgebroken. De Schutterstoren werd in dat jaar, bij
het vergraven van den grond, wat zijn benedendeel betreft, terug gevonden. Het bleek,
dat hij zeer zwaar was aangelegd.

De Raampoort had geen groote architectonische waarde. Maar met haar omgeving
vormde zij toch een schilderachtig geheel. Zij verdedigde de stad aan de zuidwestzijde.
De wal boog zich hier om naar het noordoosten, om zoo de Zijlpoort te bereiken. Zes
torens waren tot bescherming van dien wal aangebracht, de Oranjeboomstoren, de Pelikaans-
toren, de Colvenierstoren, de Soeyerstoren en de twee Raakstorens. De vier eerste zijn
reeds in het begin der 19de eeuw gesloopt; de Raakstorens verdwenen in 1866. Al deze
gebouwen waren in plattegrond halfrond.

De Raakstorens waren door een boog verbonden, die het water »de Raaks” over-
dekte, hetwelk de stadsvest met de Oude Gracht verbond.

De Zijlpoort was een dubbele poort. Wie van den Zijlweg kwam ging eerst door
een sierlijke poort, in het fronton waarvan het wapen van Haarlem was aangebracht, met
het jaartal 1628. Salomon de Bray had deze poort, die aan de manier van Lieven de Key
herinnerde, ontworpen. Wie deze buitenpoort was doorgegaan, moest nu een halfrond
bolwerk omloopen en kwam dan aan de binnenpoort, een hoogen toren.

In 1825 werd de Zijlpoort gesloopt. Noordoostelijk van haar stond de Witte
Heeren-toren, en wat verder de Pijntoren, die, eer de stad naar het noorden in 1671

97
 
Annotationen