Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 8.1915

DOI Heft:
Nr. 3-4
DOI Artikel:
Vogelsang, Willem: In Memoriam Dr. Gisbert Brom
DOI Artikel:
Korte mededeelingen
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19804#0236

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
en gemoedelijke gastvrijheid gaven ieder, die het Instituut bezocht, spoedig dat aangename
gevoel van thuis te zijn op vreemden grond, dat voor diepere studie even bevorderlijk
is als voor vruchtbaar genieten van de eeuwige stad.

We meenen, dat het karakteristieke portretje van Mejufïr. E. Valenca, dat om de
trouwe teekening en de vaardigheid der burijnbehandeling de aandacht waard is, hier te
zijner nagedachtenis en eere een plaats verdient.

W. V.

KORTE MEDEDEELINGEN.

De beschaving in het Merovingische Tijdperk. — Door den spoed waarmede de
vorige aflevering moest verschijnen, bleef ondergeteekende verstoken van een drukproef
van zijne bijdrage over bovenstaand onderwerp. Behalve na te melden drukfouten bleef
daardoor ook staan, dat de door mij (blz. 134) aangenomen inheemsch-nederlandsche
groep van goudsmidswerk uit de zevende eeuw n. C, onlangs versterkt zoude zijn door
fraaie sieraden, die te Rijnsburg ontgraven werden. Dit laatste was in afwachting van het
Leidsche Jaarboekje over 1914, voorloopig geschreven op grond van eene mondelinge
inlichting. Toen het boekje een dag na de verzending van mijn manuscript arriveerde,
bleek terstond dat de door Holwerda afgebeelde en populair beschreven vondsten — eene
uitvoerige beschrijving van deze opgraving zou zeer van belang zijn — op zijn laatst
tot de zesde eeuw gerekend kunnen worden en niet een bepaald inheemsch type ver-
toonen. De merovingische schijfvormige broche, met steentjes in cloisons (Holw. n°. 3)
is zeer interessant, waar analoge stukken zoowel in de Rijnstreken als in Engeland (Kent)
voorkomen en dit stuk dus op merkwaardige wijze de meening van Leeds (blz. 130, fig. 26)
schijnt te bevestigen en te illustreeren, dat er archeologisch verband bestond tusschen de
vondsten uit Kent en die uit de Rijnstreken.

Ten slotte gelieve men te lezen voor: blz. 131, regel 6 »Bitterling": »Ritterling",
blz. 132, regel 15 »n.l.": »n. C", blz. 135, regel 26 »numeroir": «numerair", blz. 135,
noot »Surrure" : »Serrure".

Leeuwarden. _ Mr- P' C l A' BOELES-

Amersfoort. — In aansluiting met de reeds in de vorige aflevering van het Bulletin
bl. 136 vermelde vernietiging van het besluit van den gemeenteraad te Amersfoort tot
het sloopen van de torentjes van de Kamper Binnenpoort aldaar, vermelden wij hierbij
de bij dit vernietigingsbesluit gevoegde overwegingen, n.1.:

dat bedoelde torentjes deel uitmaken van de vroegere vestingwerken der stad
Amersfoort en uit een bouwkundig en historisch oogpunt merkwaardig zijn te achten;

dat het in strijd met het algemeen belang is, wanneer gemeentebesturen zoodanige
gebouwen of gedeelten van gebouwen vernietigen;

dat mitsdien de slooping van de torentjes niet kan worden toegelaten, tenzij een
ander, meer overwegend, algemeen belang haar zou eischen;

220
 
Annotationen