Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]: Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond (2.Ser. 8.1915)

kinnen der busten met kleine ingeslagen puntjes te voorzien, om daardoor het oppervlak
ervan grooter te maken en door buiging des te meer te doen schitteren.

Het gezicht van het masker stelt een jeugdig persoon voor, met kalme nobele
gelaatsuitdrukking, de neus een weinig aquilin.

Hij heette MARCIAN///S, zooals eene grafitti op denrechter wang ons leert. Zoo
de naam van den maker er mede bedoeld was, dan zou deze zich op den kraag bevinden,
die tot bescherming van den
nek is aangebracht, als op een
analogen helm voorkomt, door
James Curie :) beschreven.

De oogen, de neusgaten
en de mond zijn open, de
ooren gesloten, deze openingen
schijnen voldoende geweest te
zijn voor den drager tot toe-
gang van lucht, voor het zien
en voor het geluid, dat door
Dr. Lindenschmit 3) wordt ver-
klaard, door dat de maskers
juist op het gezicht pasten, waar-
uit ook blijkt, dat ze het portret
weergaven van den eigenaar.

In het midden over het
voorhoofd is een scharnier
aangebracht, dat gelegenheid
gaf den helm te openen om
het hoofd er in te sluiten.

De helm opende zich
langs den onderkant van de
diadeem, achter de ooren om,
daar deze met het gezicht een
geheel uitmaken. Onder de Figuur 5

ooren bevindt zich een knopje, ,

waarmede de helm gesloten werd nadat hij was opgezet.

De rand van het metaal onder de kin is omgeboord, ten einde er de scherpte aan
te ontnemen en beschadiging der huid te voorkomen.

Het achterste gedeelte van den helm, dat aan den bovenrand van den diadeem

1) A Roman Frontier post and rus peopie, the Fort of New Stead in the Paris of Melrose Pag. 167.

2) Op. cit. Band III. Beilage zu Heft XI, Masken und Visierhelme aus Erz und Eisen Pag. 9 en
noot Pag. 10.

263