TdonM m 1£urlkn
door Gustaaf Segers.
ACINE was de officieele geschiedschrijver van Lode-
wijk XIV, en stelde het verhaal van de veld-
tochten des Grooten Konings te boek. Boileau
hield zich graag op de hoogte van de gebeurtenissen,
welke de regeering van Frankrijks vorst opluisterden.
Doch, de dichter van Britannicus leefde in de wereld der
Ouden. Met zulke onverdeelde bewondering genoot hij de
werken van Sofokles en Euripides, dat men wel mag
veronderstellen, dat de staatkundige gebeurtenissen, welke
niet rechtstreeks tot den roem zijns konings bijdroegen,
evenmin als de dagelijksche voorvallen, zijner aandacht
waardig schenen.
Hetzelfde zij gezegd van den dichter van YArt poé-
tique. Het komt mij voor, dat de omgang met de Grieken
en de Romeinen zulken invloed op deze meesters had
uitgeoefend, dat zij ook van hen de kalme berusting had-
den overgenomen in alles wat rond hen gebeurde, en die,
gelijk men weet, als een eigenaardig kenmerk der Ouden
wordt beschouwd. Doch, ook andere genieën, uit den-
zelfden tijd, wier w'erken niet als een uitvloeisel der her-
boren Oudheid moeten betracht worden, Molière en
Sheakespeare, b. v. legden de volkomenste onverschillig-
heid voor de historische feiten aan den dag, die binnen
door Gustaaf Segers.
ACINE was de officieele geschiedschrijver van Lode-
wijk XIV, en stelde het verhaal van de veld-
tochten des Grooten Konings te boek. Boileau
hield zich graag op de hoogte van de gebeurtenissen,
welke de regeering van Frankrijks vorst opluisterden.
Doch, de dichter van Britannicus leefde in de wereld der
Ouden. Met zulke onverdeelde bewondering genoot hij de
werken van Sofokles en Euripides, dat men wel mag
veronderstellen, dat de staatkundige gebeurtenissen, welke
niet rechtstreeks tot den roem zijns konings bijdroegen,
evenmin als de dagelijksche voorvallen, zijner aandacht
waardig schenen.
Hetzelfde zij gezegd van den dichter van YArt poé-
tique. Het komt mij voor, dat de omgang met de Grieken
en de Romeinen zulken invloed op deze meesters had
uitgeoefend, dat zij ook van hen de kalme berusting had-
den overgenomen in alles wat rond hen gebeurde, en die,
gelijk men weet, als een eigenaardig kenmerk der Ouden
wordt beschouwd. Doch, ook andere genieën, uit den-
zelfden tijd, wier w'erken niet als een uitvloeisel der her-
boren Oudheid moeten betracht worden, Molière en
Sheakespeare, b. v. legden de volkomenste onverschillig-
heid voor de historische feiten aan den dag, die binnen