Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 8.1915

DOI Heft:
Nr. 5
DOI Artikel:
Byvanck, Alexander W.: Opgravingen in Nederland: De galerij van opgravingen van het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19804#0269

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
geordend, catalogi, beschrijvingen en gidsen uitgegeven. Ook op andere wijze, door het
werk buiten het Museum, vertoont zich nieuwe, krachtige bedrijvigheid.

De Afdeeling praehistorie en Nederlandsche oudheden vooral, vroeger geheel op den
achtergrond, heeft onder den nieuwen beheerder voordeel gevonden. Dr. }. H. Holwerdajr.,
aan het hoofd gesteld van deze afdeeling, bracht, door het rangschikken der voorwerpen
in het Museum volgens een vast systeem, orde in de Nederlandsche archaeologie. Maar
niet tevreden met het aanwezige, heeft hij ook nieuw en beter materiaal gezocht. Vele
jaren lang reeds zijn onder zijn leiding zorgvuldige opgravingen in Nederland verricht.
Den uitslag zijner onderzoekingen heeft hij meestal bekend gemaakt in de Oudheidkundige
Mededeelingen uitgegeven door het Museum. De vondsten zelf werden steeds terstond
toegankelijk gemaakt. Op de bovenverdieping van het gebouw aan de Breestraat vond
men het bij de jongste opgravingen gevondene bijeen, tezamen met de photo's, teekeningen
en modellen, die op het werk betrekking hebben. Een korte beschrijving van deze
Opgravingen in Nederland verscheen in 1913 als Supplement I van den Catalogus der
Afdeeling praehistorie en Nederlandsche oudheden.

Thans is als een nieuwe, afzonderlijke Afdeeling van het Museum een Galerij van
opgravingen geopend. Het vroegere gebouw van het Museum van Natuurlijke Historie,
tusschen Rapenburg, Papengracht en Houtstraat, herbergt nu in ruime en behoorlijk ver-
lichte zalen op de bovendieping de tentoonstelling van het opgegravene.

Voor de studie van de Nederlandsche oudheden en van de oudste geschiedenis
van Nederland is het inrichten van deze galerij een gebeurtenis van groot belang. Hier
heeft Dr. Holwerda immers de zekerheid, ook in het vervolg voor zijn vondsten een
passende omgeving te zullen vinden en tevens heeft hij nu de gelegenheid den uitslag
zijner verdere onderzoekingen ten toon te stellen.

Een kort verslag moge mededeelen, wat reeds is bereikt.

Geheel voorloopig is nog de opstelling in de beide kamers, die men bij een
bezoek het eerst betreedt. Geen opschrift verklaart het uitgestalde en zonder leiding zal
de bezoeker hier niet wegwijs worden. Wie evenwel eenigszins op de hoogte is van de
onderzoekingen van Dr. Holwerda, bespeurt spoedig de bedoeling. Gevlochten korven
en houtsnijwerk, in bruikleen van het Ethnographisch Museum, waarschijnlijk uit Afrika
afkomstig, steenen vaatwerk en aardewerk met uitgestoken versiering, zooals ook in
onze hunnebedden voorkomt, dit alles is bestemd het in Nederland gevondene te ver-
klaren. Verder ziet men hier vaatwerk uit Griekenland en Cyprus, uit Midden-Europa
met spiraal-maeanderversiering, steenen voorwerpen, mesjes, bijlen en een prachtige lanspunt.
Blijkbaar is het uitgestalde bestemd als omlijsting van het Nederlandsche, maar voorloopig
blijft voor het publiek deze bedoeling nog verborgen.

Ook de volgende kleine zaal is ongeordend. Bronzen uit alle landen en streken,
wapens en werktuigen vindt men, verder Romeinsch en Hellenistisch aardewerk. Ook hier
is het plan eener verzameling ter aanvulling en vergelijking der in Nederland verrichte
opgravingen van den lateren tijd.

253
 
Annotationen