Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 11.1918

DOI Heft:
[Nr. 1]
DOI Artikel:
Coster, Harry Pierre: Nog eens: de St. Catharina of Kruiskerk te 's-Hertogenbosch
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19837#0053

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
krijging eener subsidie (van welke autoriteit of vereeniging dan ook) wellicht succes
gehad zou hebben. Een dergelijke poging is echter, zoover mij bekend is, toen niet gedaan.
Integendeel, nauwelijks was men met het af bikken der oude pleistering gereed gekomen,
of de nieuwe pleisteraars togen aan het werk. De heer Stuyt is voorts zoo vriendelijk ons
in te lichten waarom niet alleen de oude pastorie, maar bijna het geheele nieuwe kerk-
gebouw (de oude, uit constructief oogpunt behouden deelen incluis) gepleisterd werd;
wij moeten hem hiervoor erkentelijk zijn, al moet ik persoonlijk verklaren, dat zijn uiteenzetting
mij niet geheel bevredigd heeft. Waarom, hoop ik zoo aanstonds breeder te ontvouwen.

Nu de bouw der nieuwe kerk voltooid is, kan het zijn nut hebben het geheel
nog eens te overzien en daarover in een korte beschouwing te treden. Toen ik mijn
vorig stukje schreef, was dat nog niet mogelijk; de verbouwing was toen nog in vollen
gang. Bovendien was het
stukje als een eenvoudig
„bericht” bedoeld, waarin
voor „beschouwingen”
geen plaats was. (Feitelijk
was ik met mijn opmerking
over het opnieuw plei-
steren der oude pastorie
mijn boekje al te buiten
gegaan.) Voor een nader
bezien der nieuwe Kruis-
kerk bestaat ook hierom
eenige aanleiding, omdat
bij dezen bouw „begin-
selen te pas zijn gekomen
waarvoor de Oudheid-
kundige Bond zich, en

misschien niet ten onrechte, bijzonder interesseert.” Ik moet hier dadelijk aan toevoegen, dat
ik met de aangehaalde woorden waarschijnlijk iets anders op het oog heb dan de heer Stuyt,
wanneer ik tenminste de zinsnede, waarin hij ze in zijn stukje bezigt, volkomen heb begrepen.
Wat toch is hier het geval? Wanneer men de nieuwe Kruiskerk in haar geheel overziet, dan
kan men den indruk niet van zich afzetten, dat hier een groote onevenwichtigheid tusschen oud
en nieuw ontstaan is. Het nieuwe overstemt het oude volkomen. Een blik op het hier afgebeelde
ontwerp der nieuwe Kruiskerk — waarop het koor, waarvan het „oude koor” op zijn
beurt slechts de afsluiting is, nog juist gezien kan worden — is voldoende om dit aan
te toonen. Aan dezen indruk draagt juist de pleistering voor een groot deel schuld; deze is
zéér ver doorgevoerd. Want behalve de nieuwe aanbouw zijn ook nog gepleisterd de (om
constructieve redenen behouden) zijmuren van het koor der kerk van 1841 (d. z. de
schipmuren der oudere Kruiskerk) èn de oude pastorie. Deze oude deelen zijn daardoor

Afb. 2. Ontwerp der nieuwe Kruiskerk van Jan Stuyt.

43
 
Annotationen