DOI Heft:
[Nr. 5]
DOI Artikel:Six, E. W. C.: Willem Daniëlsz van Tetrode, [2]
DOI Artikel:Martin, Wilhelm: Aanwinsten van het Mauritshuis
DOI Seite / Zitierlink: https://doi.org/10.11588/diglit.19837#0224
het Hoog-altaar, waarbij eveneens in overeenstemming met het zeggen van de Groot’s
vertaler uitdrukkelijk vermeld wordt dat het beeld niet in het bestek begrepen was.
De schriftelijke bronnen, die betrekking hebben op den kunstenaar, bevatten dus
over ’s mans werken evenals over zijn leven niet veel om ons inzicht op die beide punten
te verrijken. Evenwel lieten wij tot nu toe de prenten naar het werk van Mr. Willem Daniëlsz.
buiten bespreking, wellicht dat zij ons, bij aandachtige beschouwing, wat nader tot den
beeldhouwer zullen kunnen brengen. Daar zulk een beschouwing ons thans echter te ver
voeren zou in verband met de voor deze regelen beschikbare ruimte, zoo stel ik mij voor
de prenten naar het werk van Tetrode in een volgend en laatste artikel te behandelen.
Utrecht, Mei 1918. E. W. C. SIX.
■-- . -■ ■ H-- . - —= ■
AANWINSTEN VAN HET MAURITSHUIS.
Sedert de vorige opgave (Bulletin jaarg. 10, 1917, blz. 214 vlg.) is de verzameling
in het Mauritshuis verrijkt met één aankoop en acht schilderijen in bruikleen.
Aangekocht werd de hierbij afgebeelde «Slapende Rooker” van Harmen Hals.
Een «onbekende” stond het portret van Andries Stilte, door J. Verspronck, tijdelijk
af, en de Heer G. von Osmitz te Pressburg een mansportret van onbekende hand. In
bruikleen van Dr. Bredius ontving het Kabinet een stilleven van A. Calraet en een
damesportret, waarvan de toeschrijving aan H. Pot door den Heer J. O. Kronig in
«Oude Kunst” is uiteengezet. Eindelijk stond de firma Fred. Muller &. Co. te Amsterdam
tijdelijk een viertal harer fraaie Berckheyde's af, Haagsche stadsgezichten, alle afgebeeld
in het onlangs door deze firma uitgegeven geïllustreerde album (1918). Aangezien ook
het damesportret en de Calraet niet alleen zijn beschreven en besproken, maar ook
afgebeeld, bepaal ik mij tot de vermelding ervan 1).
Van de overige moge hier, bij de afbeelding, eerst de aandacht worden gevraagd
voor den rooker van Harmen Hals (1611—69). Van dezen zoon van Frans Hals bezit
geen onzer musea een zoo karakteristiek werk, weshalve ik niet aarzelde, het voor het
Mauritshuis aan te koopen, te meer daar het in zijn soort een meesterstukje is.
Een boer is, met een stompje pijp in de hand, achterover tegen een boom in slaap
gevallen op een zomerschen avond. Hij ronkt met open mond. In de gelaatstrekken en
de lichaamshouding, in de loome handen evengoed als in het vermoeide lichaam, is de
vaste slaap meesterlijk gekarakteriseerd. In werken als dit kan men zien, hoe Hals’ zoons,
hoe Hals’ leerling Adriaen Brouwer en later Jan Steen door dien genialen leermeester
werden aangespoord tot die treffende uitbeelding van karakterkoppen en -figuren in
pakkende situaties, waarvan deze Harmen Hals zulk een typisch staal is.
Behalve de figuur is ook het landschap met toewijding behandeld. Het is krachtig
1) De Calraet is afgebeeld en beschreven in »Oude Kunst” II, blz. 105 vlg., het damesportret
in «Oude Kunst” III, blz. 83.
214
vertaler uitdrukkelijk vermeld wordt dat het beeld niet in het bestek begrepen was.
De schriftelijke bronnen, die betrekking hebben op den kunstenaar, bevatten dus
over ’s mans werken evenals over zijn leven niet veel om ons inzicht op die beide punten
te verrijken. Evenwel lieten wij tot nu toe de prenten naar het werk van Mr. Willem Daniëlsz.
buiten bespreking, wellicht dat zij ons, bij aandachtige beschouwing, wat nader tot den
beeldhouwer zullen kunnen brengen. Daar zulk een beschouwing ons thans echter te ver
voeren zou in verband met de voor deze regelen beschikbare ruimte, zoo stel ik mij voor
de prenten naar het werk van Tetrode in een volgend en laatste artikel te behandelen.
Utrecht, Mei 1918. E. W. C. SIX.
■-- . -■ ■ H-- . - —= ■
AANWINSTEN VAN HET MAURITSHUIS.
Sedert de vorige opgave (Bulletin jaarg. 10, 1917, blz. 214 vlg.) is de verzameling
in het Mauritshuis verrijkt met één aankoop en acht schilderijen in bruikleen.
Aangekocht werd de hierbij afgebeelde «Slapende Rooker” van Harmen Hals.
Een «onbekende” stond het portret van Andries Stilte, door J. Verspronck, tijdelijk
af, en de Heer G. von Osmitz te Pressburg een mansportret van onbekende hand. In
bruikleen van Dr. Bredius ontving het Kabinet een stilleven van A. Calraet en een
damesportret, waarvan de toeschrijving aan H. Pot door den Heer J. O. Kronig in
«Oude Kunst” is uiteengezet. Eindelijk stond de firma Fred. Muller &. Co. te Amsterdam
tijdelijk een viertal harer fraaie Berckheyde's af, Haagsche stadsgezichten, alle afgebeeld
in het onlangs door deze firma uitgegeven geïllustreerde album (1918). Aangezien ook
het damesportret en de Calraet niet alleen zijn beschreven en besproken, maar ook
afgebeeld, bepaal ik mij tot de vermelding ervan 1).
Van de overige moge hier, bij de afbeelding, eerst de aandacht worden gevraagd
voor den rooker van Harmen Hals (1611—69). Van dezen zoon van Frans Hals bezit
geen onzer musea een zoo karakteristiek werk, weshalve ik niet aarzelde, het voor het
Mauritshuis aan te koopen, te meer daar het in zijn soort een meesterstukje is.
Een boer is, met een stompje pijp in de hand, achterover tegen een boom in slaap
gevallen op een zomerschen avond. Hij ronkt met open mond. In de gelaatstrekken en
de lichaamshouding, in de loome handen evengoed als in het vermoeide lichaam, is de
vaste slaap meesterlijk gekarakteriseerd. In werken als dit kan men zien, hoe Hals’ zoons,
hoe Hals’ leerling Adriaen Brouwer en later Jan Steen door dien genialen leermeester
werden aangespoord tot die treffende uitbeelding van karakterkoppen en -figuren in
pakkende situaties, waarvan deze Harmen Hals zulk een typisch staal is.
Behalve de figuur is ook het landschap met toewijding behandeld. Het is krachtig
1) De Calraet is afgebeeld en beschreven in »Oude Kunst” II, blz. 105 vlg., het damesportret
in «Oude Kunst” III, blz. 83.
214