men nog noemen het terrein van de hofstede, de Kleine Kopsche Hof (K K H), geheel
in het Oosten bij Ubbergen. Het daar door den boer gevondene heeft de Heer Kam
geregeld aangekocht.
Wij zijn in staat om door middel van de gevonden voorwerpen den tijd der
verschillende vindplaatsen te bepalen en wij willen daarbij voornamelijk letten op de
gegevens, die de vindplaatsen ons kunnen verstrekken voor de topografie der Romeinsche
nederzettingen bij Nijmegen. Dat het ons mogelijk is hier thans met enkele voorbeelden
het betoog te verklaren, danken wij aan den Heer Kam. De photo’s der voorwerpen uit
zijn Museum en de toestemming om de oudheden bekend te maken heeft hij ons op
de meest bereidwillige wijze verstrekt.
Bij onze bespreking zullen wij uitsluitend gebruik maken van het aardewerk.
Zooals wij reeds opmerkten, is
bij alle opgravingen Romeinsch
aardewerk aan het licht ge-
komen. En uitsluitend door
het aardewerk kunnen wij ook
den tijd van het gevondene
met groote zekerheid bepalen.
Wij kennen daarbij zonder
twijfel het best de ontwikkeling
der vormen en de chronologie
van de terra-sigillata, maar het
is ons niet mogelijk ook de
vindplaatsen bij Nijmegen met
hulp van de terra-sigillata te
bestudeeren. Want de voor-
werpen in de Verzameling van
den Heer Kam zijn voor het
grootste deel afkomstig uit
grafvelden. En het was in den Romeinschen tijd geen gebruik dit kostbare aardewerk in
de graven te plaatsen. Het zou zeker zeer belangrijk zijn een overzicht te geven van de
terra-sigillata bij Nijmegen gevonden. Op die wijze zou het overzicht veel nauwkeuriger
kunnen wezen. — Een collectie van fragmenten van terra-sigillata, met groote zorg
bijeengebracht, bevindt zich in het bezit van den Heer M. Daniels te Rolduc.
Wij mogen wel verwachten, dat een dergelijk overzicht door hem eens zal worden
bekend gemaakt.
Thans willen wij ons bepalen tot de overige voortbrengselen der Romeinsche
pottenbakkerskunst. Het is voornamelijk dit nog minder bekende aardewerk, dat in het
Museum van den Heer Kam zoo bijzonder goed is vertegenwoordigd, en wij zullen op
die wijze hier eenige uiterst merkwaardige vazen kunnen afbeelden. Maar er zal daarbij
Afb. 3. Romeinsch aardewerk van den Hunerberg.
106
in het Oosten bij Ubbergen. Het daar door den boer gevondene heeft de Heer Kam
geregeld aangekocht.
Wij zijn in staat om door middel van de gevonden voorwerpen den tijd der
verschillende vindplaatsen te bepalen en wij willen daarbij voornamelijk letten op de
gegevens, die de vindplaatsen ons kunnen verstrekken voor de topografie der Romeinsche
nederzettingen bij Nijmegen. Dat het ons mogelijk is hier thans met enkele voorbeelden
het betoog te verklaren, danken wij aan den Heer Kam. De photo’s der voorwerpen uit
zijn Museum en de toestemming om de oudheden bekend te maken heeft hij ons op
de meest bereidwillige wijze verstrekt.
Bij onze bespreking zullen wij uitsluitend gebruik maken van het aardewerk.
Zooals wij reeds opmerkten, is
bij alle opgravingen Romeinsch
aardewerk aan het licht ge-
komen. En uitsluitend door
het aardewerk kunnen wij ook
den tijd van het gevondene
met groote zekerheid bepalen.
Wij kennen daarbij zonder
twijfel het best de ontwikkeling
der vormen en de chronologie
van de terra-sigillata, maar het
is ons niet mogelijk ook de
vindplaatsen bij Nijmegen met
hulp van de terra-sigillata te
bestudeeren. Want de voor-
werpen in de Verzameling van
den Heer Kam zijn voor het
grootste deel afkomstig uit
grafvelden. En het was in den Romeinschen tijd geen gebruik dit kostbare aardewerk in
de graven te plaatsen. Het zou zeker zeer belangrijk zijn een overzicht te geven van de
terra-sigillata bij Nijmegen gevonden. Op die wijze zou het overzicht veel nauwkeuriger
kunnen wezen. — Een collectie van fragmenten van terra-sigillata, met groote zorg
bijeengebracht, bevindt zich in het bezit van den Heer M. Daniels te Rolduc.
Wij mogen wel verwachten, dat een dergelijk overzicht door hem eens zal worden
bekend gemaakt.
Thans willen wij ons bepalen tot de overige voortbrengselen der Romeinsche
pottenbakkerskunst. Het is voornamelijk dit nog minder bekende aardewerk, dat in het
Museum van den Heer Kam zoo bijzonder goed is vertegenwoordigd, en wij zullen op
die wijze hier eenige uiterst merkwaardige vazen kunnen afbeelden. Maar er zal daarbij
Afb. 3. Romeinsch aardewerk van den Hunerberg.
106