Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]: Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond (2.Ser. 11.1918)

veel meer Oostelijk gelegen op het plateau achter Ubbergen op het terrein van den
Kleinen Kopschen Hof (K K H op onze kaart en in de Verzameling). De oudste voor-
werpen van daar zijn uit wat later tijd dan het oudste op de grafvelden van den
Hunerberg. Wel vindt men enkele vormen uit den tijd van Keizer Augustus, maar zeer
veel is zonder twijfel afkomstig uit de tweede helft der eerste eeuw. Daarbij waren
munten van de Flavische Keizers en van Keizer Trajanus. Ook kwam daar vrij veel inheemsch

aardewerk aan het licht, als
men op onze afbeelding 8 kan
vinden. En dit aardewerk ont-
brak ook op den Hunerberg
niet geheel.

Uit later tijd is daar-
entegen een grafveld bij de
Roomsch-Katholieke begraaf-
plaats (R K op de kaart). Het
zijn vooral voorwerpen uit het
einde der eerste eeuw tot het
begin der derde eeuw. Belgisch
aardewerk en terra-nigra komt
daar niet meer voor. Deze
soorten verdwijnen ongeveer
sedert het midden van de tweede
helft der eerste eeuw uit de
graven. Daarentegen vond men
veel aardewerk, dat voor laten
tijd karakteristiek is, geverfde
bordjes en geschilderde urntjes.

Op die wijze is het graf-
veld R K verwant met de be-
graafplaatsen ten Westen van
de Stad op het Heesche Veld,
K L en W W op de kaart.

Afb. 6. Romeinsche kruiken. Alleen is daar in het Westen

veel meer ontdekt. En het

verschil met de vondsten op den Hunerberg blijkt reeds bij het beschouwen der
kruiken. Op onze afbeelding 6 vindt men daarvan eenige voorbeelden uit de ver-
schillende grafvelden bij Nijmegen. Beneden staan kruiken van den Hunerberg (daar-
tusschen is een model van een pottenbakkersoven), in het midden kruiken van R K
en boven kruiken van K L. Men bespeurt daarbij duidelijk, hoe de vormen lang-
zamerhand veranderden. In het algemeen kan men zeggen, dat de kruiken slanker

110