DOI Heft:
[Nr. 3]
DOI Artikel:Nederlandsche Klokken- en Orgelraad
DOI Seite / Zitierlink: https://doi.org/10.11588/diglit.19837#0133
Orgelbouwers den fabrikant tot naleving van zijne verplichtingen te brengen. Mocht ook
deze poging om tot eene minnelijke schikking te komen falen, dan blijft slechts over, dat de
nalatige fabrikant in rechten aangesproken wordt door de Ned. Herv. Gem. te Goudriaan.
Haarloo. — De predikant der Ned. Herv. Gemeente te Haarloo (Gelderland)
heeft onze voorlichting ingeroepen bij een zeer verwaarloosd kabinetpijporgel, dat in het
kerkgebouw dier gemeente dienst moest doen.
Afgaande op de in het begin verstrekte gegevens meende de Raad met een
historisch instrument te doen te hebben, wellicht geschikt voor plaatsing in een onzer musea;
bij een nader ter plaatse ingesteld onderzoek is echter de onmogelijkheid daarvan gebleken.
Bij gebrek aan geldmiddelen om tot den bouw van een nieuw en grooter instrument
over te gaan, heeft men zich tot eene eenvondige, degelijke en voor een aantal jaren
afdoende, herstelling beperkt, die onder ’s Raads toezicht en tot tevredenheid van
het betrokken kerkbestuur is uitgevoerd.
Laren (TV. H.) — De N. H. Kerk te Laren, in het bezit van een ten deele verminkt
kabinet-pijporgel, kan daarmede op den duur niet volstaan en wenscht over te gaan tot
het aanschaffen van een nieuw pijporgel. De gevormde orgelcommissie heeft zich met
onzen raad in verbinding gesteld en zich vereenigd met ons voorloopig advies. Thans
worden de noodige gelden bijeengebracht, waarna door onze tusschenkomst een definitief
plan zal worden opgemaakt, bestek en leveringsvoorwaarden zullen worden vastgesteld
en tot aanbesteding, gunning en vervaardiging zal kunnen worden overgegaan.
Scheveningen. — Blijkens dagbladberichten besloot de Maatschappij Zeebad
Scheveningen bij de vergrooting van de muziekzaal in het Kurhaus tot den aanbouw
van een concertorgel.
De vereeniging Nederl. Fabrikaat vestigde naar aanleiding daarvan de aandacht
van voornoemde Maatschappij op de wenschelijdheid, het nieuwe concertorgel door de
Nederlandsche Industrie te doen bouwen, en vestigde voorts de aandacht op onzen Raad.
De Nederlandsche Vereeniging voor Ambachts- en Nijverheidskunst heeft onze
tnsschenkomst gevraagd om het ontwerp van het orgelfront aan een nijverheidskunstenaar
te doen opdragen, daartoe aan te wijzen door het College van Advies dier Vereeniging.
Afgezien van de vraag of de verzochte samenwerking steeds mogelijk en wenschelijk zal
zijn, meenden wij dit verzoek voor dit bijzondere geval niet te mogen steunen, omdat
wij, waar de MÜ Zeebad Scheveningen zich destijds van de medewerking van onzen
Raad verzekerde, het niet juist gezien achtten reeds thans eenige pressie in eene bepaalde
richting op die Maatschappij te willen uitoefenen.
Schiedam. — Het was den Raad gebleken, dat aan het 17de eeuwsche orgel in
Groote Kerk te Schiedam door niets gemotiveerde, al te vooruitstrevende herstellingen
zouden plaats hebben. Aan het kerkbestuur werd daarop verzocht een grondig en
deskundig onderzoek aan die herstellingen te doen voorafgaan, ten einde het oorspron-
kelijke karakter van het instrument zooveel mogelijk te handhaven. Omdat ook modernisaties
van het kerkorgel als kerkmeubel in het plan waren begrepen, heeft de Afd. K. en W.
123
deze poging om tot eene minnelijke schikking te komen falen, dan blijft slechts over, dat de
nalatige fabrikant in rechten aangesproken wordt door de Ned. Herv. Gem. te Goudriaan.
Haarloo. — De predikant der Ned. Herv. Gemeente te Haarloo (Gelderland)
heeft onze voorlichting ingeroepen bij een zeer verwaarloosd kabinetpijporgel, dat in het
kerkgebouw dier gemeente dienst moest doen.
Afgaande op de in het begin verstrekte gegevens meende de Raad met een
historisch instrument te doen te hebben, wellicht geschikt voor plaatsing in een onzer musea;
bij een nader ter plaatse ingesteld onderzoek is echter de onmogelijkheid daarvan gebleken.
Bij gebrek aan geldmiddelen om tot den bouw van een nieuw en grooter instrument
over te gaan, heeft men zich tot eene eenvondige, degelijke en voor een aantal jaren
afdoende, herstelling beperkt, die onder ’s Raads toezicht en tot tevredenheid van
het betrokken kerkbestuur is uitgevoerd.
Laren (TV. H.) — De N. H. Kerk te Laren, in het bezit van een ten deele verminkt
kabinet-pijporgel, kan daarmede op den duur niet volstaan en wenscht over te gaan tot
het aanschaffen van een nieuw pijporgel. De gevormde orgelcommissie heeft zich met
onzen raad in verbinding gesteld en zich vereenigd met ons voorloopig advies. Thans
worden de noodige gelden bijeengebracht, waarna door onze tusschenkomst een definitief
plan zal worden opgemaakt, bestek en leveringsvoorwaarden zullen worden vastgesteld
en tot aanbesteding, gunning en vervaardiging zal kunnen worden overgegaan.
Scheveningen. — Blijkens dagbladberichten besloot de Maatschappij Zeebad
Scheveningen bij de vergrooting van de muziekzaal in het Kurhaus tot den aanbouw
van een concertorgel.
De vereeniging Nederl. Fabrikaat vestigde naar aanleiding daarvan de aandacht
van voornoemde Maatschappij op de wenschelijdheid, het nieuwe concertorgel door de
Nederlandsche Industrie te doen bouwen, en vestigde voorts de aandacht op onzen Raad.
De Nederlandsche Vereeniging voor Ambachts- en Nijverheidskunst heeft onze
tnsschenkomst gevraagd om het ontwerp van het orgelfront aan een nijverheidskunstenaar
te doen opdragen, daartoe aan te wijzen door het College van Advies dier Vereeniging.
Afgezien van de vraag of de verzochte samenwerking steeds mogelijk en wenschelijk zal
zijn, meenden wij dit verzoek voor dit bijzondere geval niet te mogen steunen, omdat
wij, waar de MÜ Zeebad Scheveningen zich destijds van de medewerking van onzen
Raad verzekerde, het niet juist gezien achtten reeds thans eenige pressie in eene bepaalde
richting op die Maatschappij te willen uitoefenen.
Schiedam. — Het was den Raad gebleken, dat aan het 17de eeuwsche orgel in
Groote Kerk te Schiedam door niets gemotiveerde, al te vooruitstrevende herstellingen
zouden plaats hebben. Aan het kerkbestuur werd daarop verzocht een grondig en
deskundig onderzoek aan die herstellingen te doen voorafgaan, ten einde het oorspron-
kelijke karakter van het instrument zooveel mogelijk te handhaven. Omdat ook modernisaties
van het kerkorgel als kerkmeubel in het plan waren begrepen, heeft de Afd. K. en W.
123