smal en steil, doch aan het eind breed en gemakkelijk, de linker, het pad der ondeugd,
breed en vlak beginnend, maar smal en spits ombuigend.
Ook de gevel langs de Schoolstraat, die thans met zijn blinden muur een onvrien-
delijken indruk maakt, was vroeger door tal van vensters verlevendigd, gelijk de nog
aanwezige dichtgemet-
selde openingen doen
zien. In dezen gevel
bevinden zich drie een-
voudige poortjes, waar-
van één het jaartal 1647
vertoont en dat daarnaast
het jaartal 1651. Boven
dit laatste staat een beeld-
groepje in witte steen,
in een portiekvormig
omlijste nis, met het
jaartal 1614 en het op-
schrift: »De Camer van
Charitate.” Het groepje
is een schilderachtige
sculptuur van Hendrik
de Keyzer.
Niet minder dan
het uiterlijk is het in-
wendige van het klooster
veranderd en gehavend,
zóó zeer zelfs, dat van
de meeste ruimten de
oorspronkelijke bestem-
ming niet meer valt na
te gaan. De voornaamste
gebouwen zijn op een
trapeziumvormig terrein
gegroepeerd om twee
binnenhoven: het vóór-
plein en de achterplaetse,
beide ten zuiden begrensd door de kloosterkapel (zie de vogelvluchtopname, afb. 14).
Ten noorden en ten oosten wordt het voorplein omsloten door woongebouwen, die
vermoedelijk tot huisvesting van den prior en als gastenkwartier hebben gediend. Van
het Oude Delft voert een doorgang door den oostelijken vleugel naar het voorplein
Afb. 11. Het koor der Nieuwe kerk te Delft, gezien van het
gewelf boven de viering.
158
breed en vlak beginnend, maar smal en spits ombuigend.
Ook de gevel langs de Schoolstraat, die thans met zijn blinden muur een onvrien-
delijken indruk maakt, was vroeger door tal van vensters verlevendigd, gelijk de nog
aanwezige dichtgemet-
selde openingen doen
zien. In dezen gevel
bevinden zich drie een-
voudige poortjes, waar-
van één het jaartal 1647
vertoont en dat daarnaast
het jaartal 1651. Boven
dit laatste staat een beeld-
groepje in witte steen,
in een portiekvormig
omlijste nis, met het
jaartal 1614 en het op-
schrift: »De Camer van
Charitate.” Het groepje
is een schilderachtige
sculptuur van Hendrik
de Keyzer.
Niet minder dan
het uiterlijk is het in-
wendige van het klooster
veranderd en gehavend,
zóó zeer zelfs, dat van
de meeste ruimten de
oorspronkelijke bestem-
ming niet meer valt na
te gaan. De voornaamste
gebouwen zijn op een
trapeziumvormig terrein
gegroepeerd om twee
binnenhoven: het vóór-
plein en de achterplaetse,
beide ten zuiden begrensd door de kloosterkapel (zie de vogelvluchtopname, afb. 14).
Ten noorden en ten oosten wordt het voorplein omsloten door woongebouwen, die
vermoedelijk tot huisvesting van den prior en als gastenkwartier hebben gediend. Van
het Oude Delft voert een doorgang door den oostelijken vleugel naar het voorplein
Afb. 11. Het koor der Nieuwe kerk te Delft, gezien van het
gewelf boven de viering.
158