Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 11.1918

DOI Heft:
[Nr. 4]
DOI Artikel:
Gips, Cath. M. A.: Oude gebouwen in Delft
DOI Seite / Zitierlink:
https://doi.org/10.11588/diglit.19837#0176

DWork-Logo
Überblick
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
is met nieuwe steen beklampt, en van een uit gezwenkte lijnen gevormden top voorzien
in of kort na 1764. Het houten tongewelf, dat de kerk overspant, heeft aan de muur-
stijlen in het afgeschoten koor nog twee gesneden heiligenbeeldjes.

Delft bezit slechts drie hofjes, waarvan
het oudste, het hofje van Gratie, gelegen
is aan de noordzijde der Van der Masten-
straat. Het werd gesticht door Pieter Pietersz.
Sasbout, raad en burgemeester der stad, en
in 1575 gebouwd aan de Geer. In 1660
verkocht men het terrein, waarop de
huisjes stonden, aangezien de Staten van
Holland een gedeelte ervan noodig hadden
voor den bouw van een oorlogsmagazijn, en
verplaatste men de woningen naar de Van
der Mastenstraat, waar de stad een stuk
gronds ten geschenke had gegeven. In
hoofdtrekken worden deze lotgevallen ver-
meld op twee gevelsteenen, die met een
derden in één der huisjes zijn ingemetseld
en tevens den ingang van het hofje aan-
geven. Op den linker steen lezen we het
oude opschrift: »Voor man en vrouw syn
deese hofgens van gratye gemaeckt tot
een ewige fondatie,” waarboven het jaartal
1575 is aangebracht. De rechter steen draagt
het latere opschrift, van na de verplaatsing:

»Wij stonden eertijds op de Geer,

Zes in getal, doch nu één meer.

Opnieuw herbouwt en hier gebragt,

Door de twee oudste van ’t Geslagt.”

Het tweede in ouderdom is het

Afb. 16. Twee houten beelden van de muur- „ , v , T,, . n ■

stijlen in de kapel van het voormalige Roomsch-Kathoheke Klauwshofje >), m 1605

St. Agathaklooster te Delft. gesticht aan het Oosteinde door Dirk

Uittenhage, brouwer in de Klauw, en zijn
vrouw Elizabeth van Ruyven. De gedenksteen, die op een minder gelukkige plaats

1) Bijdragen voor de Geschiedenis van het Bisdom Haarlem, XXXIV, blz. 81 vv.

166
 
Annotationen