DOI Page / Citation link:
https://doi.org/10.11588/diglit.51216#0431
Hoogduitfche Schilders. 33 j
HENDRIK van STEENWYK.
Gelijk de uitnemende Werken van Hendrik
van Steenwyk bij de Liefhebbers om hunne waar-
de niet zonder reden hoog gefchat zijn, zo mag
men ook zijn’ naam te recht plaatzen onder braave
Meefters, als die in onfterflijke gedachteniffe ver-
dient bewaard te worden. Naar ’t mij voorkomt,
zal hij te Steewmijk gebooren , en een Leerling ge-
weeft zijn van Hans [Fredeman\ de Fries. Inzon-
derheid maakte hij zijn werk om in ’t klein te fchil-
deren de binnen - verfchieten der hedendaagfche
Kerken in Perfectief te zien} waar van de behan-
deling ongemeen zuiver en aartig was, de vinding
fraai, en alles met zo veel beleid en oplettendheid
gedaan, dat men nauwlijk iet beters heeft te wach-
ten. Meeftentijds volgde hij met woonplaats de
[Broeders] Falkenborgb , en Hans de Fries, [boven
gemeld] en verliet ook Nederland, om de woede
des oorlogs te ontgaan , en zette zich eindelijk te
Frankfort aan den Main ter neder, alwaar hij ook,
zo ik wel heb , overleed in ’t jaar 1603, nalaten-
de een’ Zoon , die denzelven trant volgde , ma-
kende ook veel Perfpeftief naar de bouwördens der
antieke pijlaaren (*). [’T Portret van Hendrik
is in de Plaat DD. n. 1.
(*) Volgends aantekening van anderen,heeft deeze Zoon
eenige jaaren in Engeland gewoond , daar hij aanzienlijk
leefde, veel voor Koning Karei fchilderde, en als Architect
verfcheidene Gebouwen voor dien Vorft ordineerde. Hij
llierf te Londen , en zijne Weduw vertrok naar Amflerdam,
■waar zij zich nederzette ; naar de grondregelen van haaren
Man, dien zij tot Leermeefter had gehad, Perfpeftieven en
Gezichten naar ’t Leven fchilderde , waar in zij wonder
V/el Haagde, De Piles Abregé des -vies des Peintres.
BER-
HENDRIK van STEENWYK.
Gelijk de uitnemende Werken van Hendrik
van Steenwyk bij de Liefhebbers om hunne waar-
de niet zonder reden hoog gefchat zijn, zo mag
men ook zijn’ naam te recht plaatzen onder braave
Meefters, als die in onfterflijke gedachteniffe ver-
dient bewaard te worden. Naar ’t mij voorkomt,
zal hij te Steewmijk gebooren , en een Leerling ge-
weeft zijn van Hans [Fredeman\ de Fries. Inzon-
derheid maakte hij zijn werk om in ’t klein te fchil-
deren de binnen - verfchieten der hedendaagfche
Kerken in Perfectief te zien} waar van de behan-
deling ongemeen zuiver en aartig was, de vinding
fraai, en alles met zo veel beleid en oplettendheid
gedaan, dat men nauwlijk iet beters heeft te wach-
ten. Meeftentijds volgde hij met woonplaats de
[Broeders] Falkenborgb , en Hans de Fries, [boven
gemeld] en verliet ook Nederland, om de woede
des oorlogs te ontgaan , en zette zich eindelijk te
Frankfort aan den Main ter neder, alwaar hij ook,
zo ik wel heb , overleed in ’t jaar 1603, nalaten-
de een’ Zoon , die denzelven trant volgde , ma-
kende ook veel Perfpeftief naar de bouwördens der
antieke pijlaaren (*). [’T Portret van Hendrik
is in de Plaat DD. n. 1.
(*) Volgends aantekening van anderen,heeft deeze Zoon
eenige jaaren in Engeland gewoond , daar hij aanzienlijk
leefde, veel voor Koning Karei fchilderde, en als Architect
verfcheidene Gebouwen voor dien Vorft ordineerde. Hij
llierf te Londen , en zijne Weduw vertrok naar Amflerdam,
■waar zij zich nederzette ; naar de grondregelen van haaren
Man, dien zij tot Leermeefter had gehad, Perfpeftieven en
Gezichten naar ’t Leven fchilderde , waar in zij wonder
V/el Haagde, De Piles Abregé des -vies des Peintres.
BER-