Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Oudheidkundig jaarboek — 3. Ser. 2.1922

DOI Artikel:
Staring, Adolph: Oud-Dordrecht en de verzameling-van Gijn
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19959#0221

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
210

OUD-DORDRECHT EN DE VERZAMELING—VAN GIJN.

Hun, die het interieur hebben gekend, is het een aangename zekerheid te
weten, dat het zal kunnen blijven voortleven en zij, die het nog zullen leeren kennen,
zullen er niet minder dankbaar voor zijn. Maar de nieuwe bestemming van het
huis, Museum van de Vereeniging Oud-Dordrecht, brengt ook gevaren mede. Immers
de waarde van het geheel ligt, behalve in de onderdeelen van den inboedel, zeker
niet minder in het cachet van met zorg onderhouden aanzienlijk heerenhuis. Wie
de resultaten kent, waartoe pogingen om zulk een cachet in een museum te bewaren
geleid hebben, weet hoezeer slagen afhankelijk is van details, die slechts door iemand
van zeer grooten tact en goeden smaak kunnen worden overzien. De eischen van
bewoning, persoonlijke souvenirs voor den bewoner van waarde, hebben elementen
binnengebracht, die hun zin verliezen bij een verandering tot museum en dan
storend werken; het wegnemen daarvan is niet moeilijk, maar wanneer dit met
ruwe hand geschiedt, wijkt met het ontsierende tevens het levende uit het huis.
De enkele goede stukken (meubels, schilderijen, scheepsmodellen, gildezilver, de
penningverzameling), die Oud-Dordrecht reeds bezit, zullen meer tot hun recht
komen en tot verrijking van het geheel bijdragen, wanneer zij tusschen den aan-
wezigen inboedel worden gevoegd; het gevaar van overvulling ontstaat daardoor.
Wenschelijk is dat zooveel mogelijk personen van het nieuwe museum genieten;
toch zouden voortschuifelende drommen de atmospheer schenden en een goed
onderhoud bemoeilijken. Het scheppen van een goed historisch museum met bibliotheek
en prentenkabinet, onder behoud van het tegenwoordig cachet van rijk gemeubileerde
woning zal voor den inrichter een kiesche maar boeiende taak zijn. Gelukkig geven
eenige vertrekken zonder waardevollen inhoud gelegenheid voor ruime opstelling en
zelfs voor het plaatsen van eventueel te verwerven betimmeringen. Zoude niet de
grootste dier kamers kunnen dienen als blijvende rustplaats voor de prachtige
wildemannenschouw van Oud-Dordrecht en voor de schilderijen van oude Dordsche
meesters uit Dordrechts Museum, die, gedeeltelijk van beperkte kunstwaarde, hier
de sympathieker omgeving en het verlangde zijlicht kunnen vinden, die in het
schilderijenmuseum ontbreken?

Waar centralisatie van het museumwezen wordt nagestreefd, mag men zulk
een samenwerking der beide locale musea niet in beginsel uitgesloten achten. Met
belangstelling ziet men tegemoet hoe Dordrecht van de nieuwe benijdenswaardige
mogelijkheden profiteeren zal.

A. STARING.
 
Annotationen