Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Hrsg.]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 4.1911

DOI Heft:
Nr. 1
DOI Artikel:
Korte berichten
DOI Seite / Zitierlink: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19800#0060

DWork-Logo
Überblick
loading ...
Faksimile
0.5
1 cm
facsimile
Vollansicht
OCR-Volltext
vakken ten Z. van de kerk en het smallere choor werden in 1837 afgebroken; hetgeen
nog van het choor over was, is in 1888 verwijderd. In den toren hangt een klok, die
in 1424 werd gegoten door Geert van Wou.

De Rijp. — De Raad van de Rijp heeft besloten het antieke Raadhuis, dat bouw-
vallig is, te doen restaureeren in den oorspronkelijken stijl. Men hoopt de belangrijke
onkosten die uit deze restauratie, zooveel duurder dan indien men tot eenvoudigen reparatie
overging, voortvloeien, gedeeltelijk door de subsidie van het rijk terug te ontvangen. Het
raadhuis is in 1630 door Leeghwater gebouwd.

Zutphen. — Toen, een paar maanden geleden, de fraaie raadskapel der St. Walburgs-
kerk gerestaureerd was, heeft men voorloopig niets meer aan de binnenrestauratie van dit
schoone monument gedaan.

Thans evenwel hebben heeren kerkvoogden besloten die restauratie te laten voortzetten.
Na Paschen zal begonnen worden met het herstel van het middenschip, onder welks
kalklaag, naar men zegt, schilderingen aanwezig zijn.

Musea.

Delft. — Het Gemeentelijk Museum van Oudheden is van 1 Januari af ook op
Zon- en feestdagen geopend, terwijl de toegang sedert dienzelfden datum kosteloos is.

Het Ethnographisch Museum, afkomstig van de gewezen Indische Instelling en
eenige jaren niet toegankelijk is nu in een zaal grenzende aan het bovengenoemd Museum
weder ingericht en den 15en Maart geopend. Voor de inrichting is een gratificatie van ƒ 100
verleend aan den custos D. Veer.

Drentsche Oudheden. — Na de opgravingen in 1899 en 1900 van urnen en
vaatwerk in den oosthoek van Drente, aan de echtheid van welke voorwerpen men toen
sterk twijfelde, gingen een paar jaar voorbij, waarin weinig te voorschijn werd gebracht.
De vondsten van de laatste jaren bewijzen echter, dat de Drentsche bodem nog vele
oudheidkundige voorwerpen bevat. In het afgeloopen jaar zijn in de gemeente Diever
6 urnen gevonden, in de gemeente Odoorn 5, waarvan een van bleekroode aarde, naar
men meent uit het Gallo-Germaansche tijdperk, 300 vóór tot 100 jaren na Christus
geboorte; 3 waren gevuld met asch en beenderen. In de gemeente Ruinen werden gevonden
zeven fragmenten van een fraai versierde urn. De vinder was bezig uit een akker, onder
de humuslaag, rood zand te graven. Hij vond de urn benevens een beitel van groenachtige
steen op een diepte van + Vs M.

In een veld onder Anderen werd gevonden een beitel van vuursteen, lang 0.075,
breed 0.045 M. Uit een heideveld ten noorden van Valthe werden twee beitels van
donkergrauwe vuursteen opgedolven, een lang 0.24, breed 0.08 M., de andere lang 0.13 en
breed 0.065 M. Deze voorwerpen zijn opgenomen in het Museum van Oudheden te Assen.

48
 
Annotationen