DOI Heft:
Nr. 5
DOI Artikel:Portheine, H.: Het graf, de graftombe en het beeld onder den baldakijn van hertog Karel van Egmond in de St. Eusebius of Groote kerk te Arnhem, [4]
DOI Seite / Zitierlink: https://doi.org/10.11588/diglit.19800#0240
Jhr. J. K. W. Schimmelpenninck, Mr. H. J. van Lulofs Umbgrove, A. D. P. V. van Löben Seis
en L. W. Baron van Boetzelaer, alsmede door den architekt der kerk H. Portheine Jr.
onderteekend:
»Op heden den eersten Juli negentienhonderd-en-elf is in den in de maand Juni j.1.
geopenden grafkelder van den Hertog van Gelre en Graaf van Zutphen Karei van Egmond,
(welke kelder voor zoover bekend sedert 1805 nooit is geopend) geplaatst een looden kist lang
St. Helena. St. Martinus.
0.75 M., breed 0.30 M. en hoog 0.25 M., waarin verzameld zijn het doodshoofd en de
beenderen van den Hertog, welke nu op den vloer van dezen kelder verspreid werden bevonden.
De looden kist, waarin eenmaal zijn stoffelijk overschot rustte, was niet meer aanwezig.
Tegelijkertijd werd in dezen kelder een looden kistje geplaatst, lang 0.25 M. breed 0.15 M.
hoog 0.15 M., waarin het koperen kistje is geborgen, dat in 1805 in dezen kelder werd
bijgezet en in Juni 1911 ongeschonden op den vloer daarvan is teruggevonden.
229
en L. W. Baron van Boetzelaer, alsmede door den architekt der kerk H. Portheine Jr.
onderteekend:
»Op heden den eersten Juli negentienhonderd-en-elf is in den in de maand Juni j.1.
geopenden grafkelder van den Hertog van Gelre en Graaf van Zutphen Karei van Egmond,
(welke kelder voor zoover bekend sedert 1805 nooit is geopend) geplaatst een looden kist lang
St. Helena. St. Martinus.
0.75 M., breed 0.30 M. en hoog 0.25 M., waarin verzameld zijn het doodshoofd en de
beenderen van den Hertog, welke nu op den vloer van dezen kelder verspreid werden bevonden.
De looden kist, waarin eenmaal zijn stoffelijk overschot rustte, was niet meer aanwezig.
Tegelijkertijd werd in dezen kelder een looden kistje geplaatst, lang 0.25 M. breed 0.15 M.
hoog 0.15 M., waarin het koperen kistje is geborgen, dat in 1805 in dezen kelder werd
bijgezet en in Juni 1911 ongeschonden op den vloer daarvan is teruggevonden.
229