Universitätsbibliothek HeidelbergUniversitätsbibliothek Heidelberg
Metadaten

Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond [Editor]
Bulletin van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond — 2.Ser. 4.1911

DOI issue:
Nr. 6
DOI article:
Verslagen van vereenigingen
DOI Page / Citation link: 
https://doi.org/10.11588/diglit.19800#0328

DWork-Logo
Overview
loading ...
Facsimile
0.5
1 cm
facsimile
Scroll
OCR fulltext
zameling van voorwerpen betrekking hebbende op de geschiedenis van Gorinchem en
Omstreken, onder te brengen in het te restaureeren pand. Het eerste gedeelte van dit
programma werd volvoerd en de Vereeniging kwam in het bezit van het huis.

Hulp van particulieren werd verkregen, de Provinciale Staten van Zuid-Holland
stonden een subsidie toe van f 1500, de Gemeenteraad een van ƒ 1000, terwijl ook
de aangevraagde Rijkssubsidie groot f 3000 voorwaardelijk werd toegezegd. Restauratie-
plannen werden in overleg met de afdeeling »Schoone Kunsten” van het Ministerie van
Binnenlandsche Zaken gemaakt en reeds gedeeltelijk uitgevoerd. In verband met dit alles
werd, behalve aankoop van een paar aquarellen van Jonker, nog geen begin gemaakt
met de verzameling. Enkele geschenken echter, die reeds werden verkregen, worden
opgenoemd. Met een vrij groote lijst van leden, begunstigers en gewone leden eindigt
het Verslag. —

Het gevaar, dat een van zijn interessantste gebouwen bedreigde, heeft voor »Oud-
Gorcum” al bijzonder gelukkige gevolgen gehad.

Museum van Oudheden te Groningen. Verslag 1910. — Twee legaten, elk van
ƒ 1000, en nog enkele giften in geld vielen het Museum ten deel. 7100 personen be-
zichtigden de verzamelingen. Onder de in het verslag opgesomde geschenken verdient
een vroeg-zestiende-eeuwsch portretje, dat wel aan Lucas van Leiden wordt toegeschreven
en dat misschien den stichter van het Ubbena-Gasthuis, Johan Lubbers, voorstelt,
afzonderlijke vermelding. Het werd in het Rijksmuseum te Amsterdam gerestaureerd.
Het Museum was genoodzaakt de voorwerpen van het voormalige gilde der baardscheerders
en heelmeesters, later overgegaan tot het barbierscompact te Groningen, die reeds 15jaren
in het Museum in bruikleen waren, aan te koopen.

De heer A. E. van Giffen werd, evenals in het jaar 1909, in zijne onderzoekingen
betreffende de wierden of terpen gesteund. De bewerking van den wetenschappelijken
catalogus werd door den conservator, bijgestaan door zijn oudsten zoon, geregeld voort-
gezet. Het Bestuur onderhandelde met H.H. Curatoren der Rijks-Universiteit en met het
Rijk over den wederopbouw van de 18de eeuwsche poort met zonnewijzer van het
voormalige Prinsenhof, waarvan de onderdeelen waren opgelegd in de Kattenhage-
kazerne. Het gelukkig resultaat van die onderhandelingen is, dat de poort, die historisch-
wetenschappelijke waarde bezit, weldra zal verrijzen in den tuin van het Natuurkundig
Laboratorium, waar zij van de straat zichtbaar zal zijn.

□ □ □

dgd

317
 
Annotationen